gevens. Het gezin Boyle dat in een van de verpauperde Dublinse huurkazernes huist, zit volledig aan de grond. Jack Boyle - de pauw - is werkloos, maar krijgt steeds een ondraaglijke pijn in de benen, telkens als er nog maar sprake is van een mogelijke job voor hem. Ook de dochter Mary, blijkt tengevolge van een staking zonder werk te zijn. Haar broer Johnny raakte tijdens de Paasopstand gewond en verloor een arm in de strijd van de ‘Irregulars’ tegen de lerse regeringstroepen. Een onverwachte erfenis schijnt echter betere tijden in te luiden. Er worden alvast nieuwe meubelen gekocht en zelfs gaat men aan het feesten, terwijl... in hetzelfde huis de voorbereidingen getroffen worden voor de begrafenis van de vermoorde Tancred. Van de erfenis komt natuurlijk niets terecht: Mary die haar verloofde Jerry in de steek had gelaten voor een keurige Engelsman (‘met een wandelstok en handschoenen’) wordt door deze laatste aan haar lot overgelaten, wanneer blijkt dat de Boyles geen penny zullen erven en... dat zij zwanger is. Johnny ten slotte, door wiens toedoen Tancred verraden werd, wordt door zijn eigen medestanders vermoord. Voor O'Casey zijn deze melodramatische gegevens slechts een middel om een doorvoeld, soms fel gekleurd, menselijk drama op te bouwen. Want veel meer dan om het uiterlijk verhaal is hij bekommerd om het innerlijke leven van zijn figuren en om de wijze waarop die figuren reageren in de geschetste situaties. Bovendien doorbreekt O'Casey ook vaak het realistische kader van zijn stuk. Het licht vóór het heiligenbeeld bijvoorbeeld krijgt duidelijk een symbolische betekenis. Johnny is ongewoon sterk bekommerd
Luc Philips als Jack Boyle en Marc Janssen als Joxer in Juno en de pauw van Sean O'Casey in KNS-Antwerpen.
om dit licht. Onmiddellijk voor hij wordt weggebracht dooft het uit! Er is verder nog de verschijning van de vermoorde Tancred die Johnny meent te zien en die hem een uitzinnige angst inboezemt. Tenslotte denken we ook aan de herhaling van het gebed van Mevrouw Tancred. Dergelijke elementen wijzen vooruit naar O'Casey's later symbolisch en ekspressionistisch werk.
O'Casey schuwt ook de sterke tegenstellingen niet. Naast de tragiek staat in dit stuk doorlopend het komische, dat vaak aan het geheel een nog wrangere smaak geeft. Zo vermeldden wij reeds het luidruchtig feest bij de familie Boyle, terwijl het lijk van Tancred het huis wordt uitgedragen. En er is natuurlijk steeds de snoever Jack Boyle, die zich ‘Captain’ noemt en sterke verhalen opdist over zijn zogezegde ervaringen op zee. Deze komische figuur die steeds maar herhaalt dat ‘de hele wereld naar de verdoemenis gaat’, maakt echter ook een pijnlijke indruk. Hij, meer dan de anderen immers, vlucht uit de werkelijkheid. Het liefst zoekt hij zijn toevlucht in de drank. Waarschijnlijk is het in de eerste plaats voor zichzelf dat hij het beeld van de trotse ‘captain’ ophoudt, want zijn huisgenoten en zelfs zijn eeuwige gezel Joxer doorzien hem maar al te goed. Hoewel Luc Philips de nadruk legde op het pompeuse, opschepperige aspekt van Jack, bracht hij ook het miezerige van zijn persoon aan het licht. Zijn ijdelheid bereikt een hoogtepunt wanneer hij als een vadsige koning in zijn op krediet gekochte weelde baadt. Marc Janssen als Joxer liep er steeds met een wat sulachtig uiterlijk bij, maar suggereerde in zijn uitbeelding ook iets van de geslepen schurk.
Lijnrecht tegenover deze drinkebroers staat Juno, Jacks vrouw, de enige die de harde werkelijkheid aandurft. Zij alleen beseft