bleven kantons, Bergen (239,5 o/oo), Broekburg (213,1 o/oo), Kassel (203,3 o/oo) als in de stedelijke of verstedelijkte zoals Armentiers (248,2 o/oo), Rijsel (235,8 o/oo), Torkonje (229,2 o/oo), Robeke (205,9 o/oo)! Voor de hele periode van 1831 tot 1871 viel de verhouding nog nadeliger uit voor de Frans-Vlaamse Westhoek. Hebben wij dan in Belgisch-Vlaanderen niet vaak een te idyllisch beeld bewaard van de landelijke Nederlandssprekende Westhoek? De auteur heeft bij haar onderzoek over de 19e eeuw een kort hoofdstuk gevoegd over de toestand sedert de Tweede Wereldoorlog. Hieruit blijkt dat de achterstand van
het Noorderdepartement ten opzichte van de rest van Frankrijk - hoewel de absolute cijfers daalden - nog verergerd is.
• We blijven bij de 19e eeuw. François Caron schreef de geschiedenis van een in Frans-Vlaanderen opererende spoorwegmaatschappij: Histoire de l'exploitation d'un grand réseau. La compagnie du chemin de fer du Nord, 1846-1937 (616 blz., Mouton, Den Haag en Parijs, 1973, 78 FF). Het jaar 1937 is als eindpunt gekozen omdat toen de maatschappij genationaliseerd is, een feit dat door de beheerders aanvaard en in zekere zin gewenst is. De tijd van de grote winsten was toen al voorbij.
• De al genoemde Marcel Gillet, hoogleraar aan de universiteit van Rijsel III, publiceerde eveneens bij Mouton een werk waarvoor hij gedurende 15 jaar het materiaal verzamelde: Les charbonnages du nord de la France au dix-neuvième siècle (528 blz., 1973, 84 FF). De Frans-Vlaamse historikus Jean-Marie Mayeur (die o.m. een uitvoerige Lemirebiografie schreef) konkludeerde in zjin recensie voor Le Monde (10-11 maart 1974) dat de eksploitatie van het Frans-Vlaamse steenkoolbekken wel een kwalitatieve groei te zien geeft, maar op sociaal, kultureel en industrieel gebied in gebreke bleef. Er was wel een alsmaar stijgende produktie, maar geen vooruitgang voor de regio. Wij zouden zeggen dat de kwantitatieve groei gebeurde ten koste van de kwaliteit van het leven. Hoe formuleerde Robert Lafont het ook weer?
• Op 31 januari 1974 kon Pierre Martin te Englos bij Rijsel een nieuw periodiek boven de doopvont houden: Norscope. Le mensuel des Spectacles. Het initiatief komt van een Union des Associations culturelles de la Région du Nord die op de regionale bladzijden van de Frans-Vlaamse kranten wel lokale kulturele aktiviteiten meegedeeld ziet, maar nergens een overzicht vindt voor de hele regio, zodat bijv. een Duinkerkse lezer via zijn krant niet op de hoogte kan zijn van kulturele manifestaties te Rijsel.
Het nulnummer (februari 1974) kreeg een aanmoediging mee van Pierre Mauroy, voorzitter van de Regionale Raad en burgemeester van Rijsel, en een toelichting van P. Martin. Het maarten het aprilnummer bevatten informatie over film, aktiviteiten van filmklubs, toneel, literatuur (verzorgd door Le Furet du Nord), opera, ballet, koncerten, tentoonstellingen, muziek, variété en musea. Publiciteit en informatie aan de rand van de publiciteit (over hotels en restaurants) zorgen mede voor de leefbaarheid van het initiatief. Er is ook informatie opgenomen over kulturele aktiviteiten in West-Vlaanderen. Ik hoop dat die alsmaar ruimer en vollediger gaat worden. Na enkele afleveringen kunnen wij Norscope beslist al een nuttig informatiebulletin noemen. Losse nummers kosten 1,2 FF, de abonnementsprijs (12 nrs.) bedraagt 20 FF. Adres: Norscope, 119, rue Solférino, F-59000 Lille.
• Plein-Nord (adres: 7, rue Jacquemars-Giélée, F-59000 Lille, abonnementsprijs: 40 FF, losse nrs.: 4 FF) is de naam van een nieuw maandblad op magazineformaat en gewijd aan regionale geschiedenis, kunst en folklore. Aan het maart- en aprilnummer (respektievelijk 48 en 40 blz.) werkten o.a. Pierre Pierrard, Mgr. Lestocquoy en Michel Marcq mee. Ik hoop dit nieuw tijdschrift bij gelegenheid uitvoeriger te belichten.
• Het verdwenen maandblad Nord-Magasine schijnt op de verbeelding te blijven werken! In april van dit jaar verscheen het eerste nummer van een derde nieuw maandblad, Norpress. Mensuel régional d'information, maar nu niet van een neutrale, maar duidelijk linkse signatuur. De redaktie wil vooral ‘niet de waarheid verbergen’ wat er schijnt op te wijzen dat het blad een soort alternatieve informatie wil brengen.
Erik Vandewalle