waarvan ik meen dat het er geen meer is. Tenslotte was het toch zijn bedoeling de recente bewustwording van de Vlamingen een historische achtergrond te schenken. Hij stond voor een weinig benijdenswaardige taak: in drie delen (het eerste deel heet ‘Van de vroegste tijden tot en met de Bourgondische tijd’) met een wegens het overvloedige illustratiemateriaal eerder beperkt tekstgedeelte, een totaalbeeld scheppen van het hele historische gebeuren, sintetizerend, maar tevens voldoende nuancerend om de zeer uiteenlopende aspekten van een beschaving te kunnen weergeven. Max Lamberty schreef terecht in zijn Verantwoording: ‘Een neiging tot zelfverheerlijking, die eigen is aan alle nationale synthesen, ook buiten Vlaanderen, past zeker niet meer in deze tijd’. Maar tegelijk beschouwt hij de uitgave van Twintig eeuwen Vlaanderen ‘als een nieuwe uiting van zelfbevestiging, als een herhaalde verkondiging van de wil om onszelf te blijven en dit in het drievoudige raam van de huidige Belgische Staat, van de Nederlandse taalgemeenschap en het toekomstige Europa’. Beide citaten weerspiegelen een zekere spanning, een dualiteit die kleur kan geven aan het werk, en waaraan de historikus evenmin kon ontsnappen. De beperking voortspruitend uit de omvang van 412 blz. heeft Van Roosbroeck een zakelijke schrijftrant opgelegd. Zijn geëngageerde ingesteldheid bepaalt dan weer zijn grote aandacht voor elke vorm van zelfstandigheidsstreven in onze middeleeuwse vorstendommen en inspireren hem tot een barokker schrijftrant over onze kultuur en het eigen karakter ervan. Er is niet alleen de tekst, er zijn ook de 839 illustraties bij het eerste deel, die door hun overvloed en hun op het didaktische afgestemde keuze, elke eventuele onevenwichtigheid in de tekst onmogelijk zouden maken. De illustraties zijn inderdaad niet opgevat als
ogenverblinding voor de koper, wel perfekt gemonteerd als aanvulling en ondersteuning van de tekst. Het samenspel van tekst en illustratie is ongetwijfeld de grootste verdienste van dit eerste deel.
Ik vermoed echter dat het interessantste nog moet komen na de drie delen ‘Geschiedenis van Vlaanderen’. De delen 4 en 5 gaan scheep onder de benaming De Vlaamse Beweging. Voor de zoveelste keer? De aangekondigde namen staan wel borg voor een originele vizie. A.W. Willemsen schrijft het eerste van beide delen, een Geschiedenis van de Vlaamse Beweging (1830-1945). Wie vertrouwd is met zijn in 1969 heruitgegeven Het Vlaams-Nationalisme, zal met spanning naar dit deel uitzien. Vlaamse problemen van nu zo heet het tweede paneel Vlaamse Beweging of deel 5. Het is samengesteld door Karel Van Isacker en A.W. Willemsen. Leo Tindemans, Johan Fleerackers, Lode Claes, Maurits Coppieters, Herman Todts, Prof. E. Leemans, Urbain Claeys, A. van den Brande, Guido Provoost en Prof. Val. R. Lorwin werken hieraan mee. Aan de delen 6, 7 en 8, De Vlaamse gemeenschap, samengesteld door Max Lamberty en Michel Vandekerckhove, verlenen Prof. W. Pée, Prof. G. Dooghe, Leo Schevenhels, Michel Neyrinck en Prof. W. Dumon hun medewerking. Ik laat de lange lijst van medewerkers aan Kunst en Wetenschap (delen 9, 10 en 11) en Vlaamse figuren (delen 12 en 13) maar wegvallen. De laatste delen (14 en 15), o.l.v. M. Vandekerckhove en A.W. Willemsen krijgen de naam mee Oude en nieuwe visies. Het wordt een verzameling historische en aktuele dokumenten en teksten. Een origineel idee dat laat veronderstellen dat ‘Twintig
eeuwen Vlaanderen’ de Vlaamse kultuur en beschaving niet als een statisch gegeven of als een nationaal monument zal voorstellen. Kultuur is voor de enen de voortzetting van een traditie, de bescherming van haar waarden, een ordescheppend beginsel en per definitie aan wetten onderworpen, voor de anderen is het het recht op verandering, het revolutionair en vrijheidsprincipe bij uitstek. Een kultuur is kreatief als beide opvattingen op elkaar inwerken en op gespannen voet met elkaar leven. Er is goede hoop dat Twintig eeuwen Vlaanderen zich in dat spanningsveld beweegt.
Erik vandewalle
Twintig eeuwen Vlaanderen, dl. 1, Geschiedenis van Vlaanderen, I, Van de vroegste tijden tot en met de Bourgondische tijd, door Prof. Dr. Rob. Van Roosbroeck, Heideland-Orbis NV, Grote Markt 1, 3500 Hasselt, 1972, 412 blz., prijs geb.: 895 BF per deel.