Vlaanderen West.
Dit is andermaal een fotoboek van Lannoo, die daarmee al kan terugblikken op een tiental verwezenlijkingen van die aard. Alle kijkboeken van die serie zijn voorbeelden van vakmanschap, en de laatstgekomene verloochent zijn afkomst niet.
Een blik op bladzijde 5 laat al dadelijk vermoeden hoeveel mensen hebben moeten samenwerken om dit rezultaat te bereiken; en op die pagina staan nog niet eens de fotografen vermeld. Het leeuwedeel van de 148 foto's werd bezorgd door Walter De Mulder, Jean Mil en Roger Vansevenant. Een twintigtal foto's hebben een andere herkomst.
Maar de bedoeling van dit werk, uitgegeven op initiatief van en in samenwerking met Westtoerisme (de provinciale Westvlaamse dienst voor toerisme), was niet alleen een fraai fotoboek te zijn: het is ook een poging om de atmosfeer op te roepen van die eigen-aardige gemeenschap die luistert naar de naam ‘West-Vlaanderen’, of zoals de titel het wat ruimer stelt: ‘Vlaanderen West’. En vandaar waarschijnlijk die overvloed aan medewerkers: Karel Jonckheere schreef de inleiding, André Demedts koos de verbindende teksten, Jozef Deleu zorgde voor de kommentaar bij de foto's. De Franse en Duitse vertalingen zijn van erkende specialisten als Maddy Buysse en Jürgen Hillner, terwijl de Engelse versie alweer uit samenwerking ontstond: Marnix Gijsen en Arthur Birt. En Boudewijn Delaere kreeg dat allemaal te ordenen en een grafische vorm te geven. Wat hij met maestria tot een goed einde bracht.
Wat zegt Jonckheere in zijn inleiding? Het zal niemand verwonderen dat hier echo's opklinken van wat hij over het eigenlijke Vlaanderen schreef in Leer mij ze kennen... de Vlamingen, tot in de anekdoten toe. Maar West-Vlaanderen blijkt dan toch weer zelfstandig genoeg, toch weer voldoende anders om een eigen portret mogelijk te maken.
Het begint voor Jonckheere, natuurlijk, bij de taal. De typeringen van de verschillende nuances in het Westvlaams laat ik echter voor zijn rekening, ik wil geen ruzie met de buren. Op het einde van deze alinea vermoed ik een verkeerd geplaatst leesteken. Er staat: ‘Beider timbre (van het oude kust-Westvlaams en van het zuidelijker met meer Frankische inslag) wist Guido Gezelle geniaal te versmelten in zijn verzen, met een lichter overwicht van het zuiders in de legering; Stijn