belangrijke bron in de talrijke Bulletins (vooral de uitgave n.a.v. het honderdjarig bestaan) van het Comité.
Het hoofdstuk over de Frans-Vlaamse Beweging tussen de twee wereldoorlogen (en tijdens de Tweede Wereldoorlog) hield zeker heel wat meer problemen in. Als bronnen zijn er enerzijds de tijdschriften uit die tijd, anderzijds de al te schaarse getuigenissen van tijdgenoten die meestal tot een enkele teruggebracht kunnen worden - zij het dan onder ontelbare schuilnamen, die van J.M. Gantois. Ongetwijfeld heeft Luc Verbeke zich hier wat op sleeptouw laten nemen door zijn simpatieën. Iets van de kritische ingesteldheid die J. Deleu en F. Niessen in hun boekje Frans-Vlaanderen wel wisten op te brengen, o.a. tegenover de figuur van Gantois zou hem weerhouden hebben van nogal opgeschroefde uitspraken. Zo schrijft hij over Gantois o.a.: De jongste jaren scheen zijn invloed in Frankrijk zelf weer toe te nemen (p. 93). Zulke bewering is m.i. een vergissing.
Het tweede deel over de betrekkingen tussen Frans-Vlaanderen en Belgisch Vlaanderen (Nederland kwam er in het verleden, afgezien van enkele uitzonderingen, weinig aan te pas) is eveneens gekenmerkt door een grote volledigheid. Na de lektuur van dit overzicht wordt het duidelijk dat pas vanaf de werking van het Komitee voor Frans-Vlaanderen sprake is van georganizeerde en enig effekt sorterende betrekkingen. Die bleven in het verleden meestal beperkt tot individuele gevallen. De Vlaamse Beweging in België en die in Frans-Vlaanderen hebben zich grotendeels los van elkaar ontwikkeld. Er zijn wel momenten van aantrekkingskracht geweest. Zo kan men uit de lektuur van het tijdschrift Le Beffroi de Flandre (1919-1928) afleiden dat een deel van de eerste medewerkers aangetrokken werden door de aktiviteiten van Pro Westlandia, vlak voor de Eerste Wereldoorlog, maar dat de verdere rol in België van iemand als Borms het wantrouwen en de rezerves van de Frans-Vlamingen tegenover de Vlaamse Beweging in België nog versterkten. Het is ook duidelijk dat enige binding van het Komitee voor Frans-Vlaanderen met politieke partijen of groeperingen in België ook nu elke samenwerking met Frans-Vlamingen onmogelijk zou maken.
Het laatste en omvangrijkste hoofdstuk van het tweede deel heeft Luc Verbeke besteed aan het ontstaan, de evolutie en de aktiviteiten van het Komitee voor Frans-Vlaanderen. Hier zat de auteur, doordat hij tegelijk sekretaris is van datzelfde komitee, in een enigszins moeilijke pozitie. Hij heeft er zich doorheen geworsteld met een uitgebreid en nauwkeurig feitenrelaas, gestoffeerd met een vloed van namen. Hierdoor is de betekenis van het Komitee, van zijn voorzitter en opvolger, en vanzelfsprekend ook van de sekretaris, een beetje in de verdrukking gekomen. Dit had de uitgever wellicht moeten verhinderen door over dit gedeelte een buitenstaander aan het woord te laten.
Gelukkig is er nog de slotbeschouwing van André Demedts die de optiek en de werkwijze van het Komitee zoals hij die steeds gezien heeft, toelicht.
Ik heb me totnogtoe beperkt tot een poging dit boeiend werk beknopt weer te geven en ik heb daarbij nog het voorwoord van André Demedts niet vermeld. Met enkele kritische kanttekeningen tussenin heb ik er al op gewezen dat Luc Verbeke zich hoofdzakelijk heeft gehouden aan een kronologisch feitenrelaas. De grote volledigheid ervan maakt van zijn boek een onmisbaar naslagwerk voor de geschiedenis van de Frans-Vlaamse Beweging en een even onmisbare bron voor elke verdere studie van een of ander aspekt ervan. Een aantal aspekten verdienen in de toekomst nog een grondig onderzoek. De verschillende regionalistische tijdschriften in Frans-Vlaanderen verdienen een aparte studie. Hetzelfde geldt voor de regionale dagen weekbladen, vooral in de periode tussen de twee wereldoorlogen en voor wat betreft hun houding tegenover het regionalisme en het taalprobleem.
Erik Vandewalle
Vlaanderen in Frankrijk, taalstrijd en Vlaamse Beweging in Frans- of Zuid-Vlaanderen, door Luc Verbeke, met een voorwoord en slotbeschouwing door André Demedts, 245 blz., Davidsfonds, Leuven, 1970. Ledenprijs: ingenaaid: 80 BF; gebonden: 105 BF.