Bestaansrecht voor de kleine volkeren.
Terwijl ik dit stukje schrijf luister ik naar de laatste berichten over Biafra. Na tweeëneenhalf jaar is de secessieoorlog in Nigeria ten einde en nu twee miljoen mensen gedood of van de honger gestorven zijn, zal er vrede worden gesloten. Laten wij hopen zonder dat aan de overwonnenen hetzelfde onrecht gepleegd wordt waarom zij in opstand zijn gekomen: de uitmoording van duizenden Ibo's.
De vraag is: kon die volkerenstrijd, een zogezegd binnenlandse aangelegenheid van een Afrikaanse staat, niet vermeden worden? Wat wij wei vermoeden is dat hij zonder buitenlandse hulp niet zo lang had kunnen duren. Wat wij bovendien nog geloven is dat hij niet nodig zou geweest zijn indien er een internationaal aanvaarde overeenkomst bestond waarbij aan elk volk zijn bestaansrecht, met alles wat dat insluit, gewaarborgd werd.
Oe Thant heeft zich de vorige week scherp uitgesproken tegen Biafra en dat namens de Verenigde Naties. Hij heeft bij die gelegenheid eraan herinnerd dat zijn organisatie 500 miljoen dollar overgehad heeft om enige jaren geleden de afscheuring van Katanga ongedaan te maken. Volgens hem moet de bestaande politieke ordening over de wereld dus in alle eeuwigheden ongewijzigd blijven. Erger dan willekeur, is dat onrecht, en meteen een bedreiging voor talrijke volkeren en minderheden die in de verdrukking zijn.
De statenindeling, het resultaat van imperialistische veroveringen en diplomatieke berekening, kan onmogelijk standhouden tegen een vooruitgang die door het gezond verstand is gewild. In een Verenigde Wereld, zelfs in een Verenigd Europa, het streefdoel van de komende generaties, zullen de huidige staten met hun organen niet soeverein kunnen of mogen zijn. Zij zullen een deel van hun macht aan kontinentale organisaties moeten afstaan en zinrijk zou zijn ook aan de onderscheiden volkeren, die in één staat of verspreid over verschillende staten wonen.
De ondergang van een volk, door geweld of verwaarlozing, vanwege een vreemde staatsmacht is een aanslag op de veiligheid van de mensheid en op haar kulturele mogelijkheden. Een Verenigd Afrika waarin niet alle Afrikaanse volkeren van hun toekomst verzekerd zijn, door organisatievormen door het internationale recht erkend en door een wereldmacht gevrijwaard, zou, bestendigd als Oe Thant het ziet, een doodskuil voor de zwakken worden.
Wij spreken over Afrika, maar denken ook aan Europa. Tussen de Oeral en de Atlantische Oceaan leven verschillende volkeren die geen zelfbeschikkingsrecht bezitten. Zelfs niet, wat het minste is dat men hun kon gunnen, de macht om hun kultuur tot volle ontplooiing te brengen. Zolang die misstand duurt zullen er in sommige staten spanningen ontstaan, die ook internationale verwikkelingen kunnen veroorzaken. Zij zouden beter vermeden worden. De taak van de kleinen die vrij zijn is, ook op dát gebied, vrij te spreken en Oe Thant terecht te wijzen.
André Demedts