Polyester Polka door N.T.G. Gent met Eric Raes en Maria Verheyden.
‘Globe’ kregen de toeschouwers goed teater te zien. De in 1964 overleden Ierse auteur Brendan Behan was een zonderling figuur: hartstochteiljk kunstenaar, eksentriek in al zijn handelingen en één van de begaafdste vertegenwoordigers van de angry young men-groep die een radikale, nieuwe wending heeft gegeven aan de Engelse en zelfs de wereldtoneelliteratuur.
‘De gijzelaar’ is een originele tragikomedie, boordevol tegenstellingen: keihard realistisch en innig poëtisch, brutaal en teder, gepassioneerd en stemmig. De gijzelaar is geschreven in een stijl die ons voortdurend herinnert aan het weergaloos werk van O'Casey en Synge en beslist ook aan Brecht.
In een niets- of niemandontziende toonaard neemt Brendan Behan in De gijzelaar heel wat op de korrel: de hypokrisie, de absurditeit, de zinledigheid van het geweld, het niet te stuiten verwateren en teloorgaan van illusies, enz. Behans toneel is nochtans niet moraliserend. Integendeel. De auteur flapte er alles uit, zo maar langs zijn neus weg. Hij tekende een fel gekleurd milieu, waarin hoeren, homofielen, ontredderde en gewone mensen, idealisten en opportunisten door elkaar lopen in een bizar levensballet. De Engelse regisseur Adrian Brine heeft dit stuk volledig in die geest gemonteerd, sterk aangedikt (zonder te vervallen in charge), elke detail releverend, alle plezierige gags uitspelend, met krachtig geprofileerde rare snuiters.
Een verrukkelijke produktie, tintelend van levensechtheid en humor, dooraderd van weemoed en tragiek. De tweede Nederlandse montering, De zangen van Maldoror in solotoneel geprezenteerd door Jules Croiset, was nog grandiozer.
Comte de Lautréamont, pseudoniem van Isidore Lucien Ducasse (1846-1870) was een uitzonderlijk talentrijk dichter die erin geslaagd is op zeer jeugdige leeftijd een geniaal werk te schrijven dat door zijn ongewone virtuositeit, zijn schitterende beeldspraak, zijn gedurfde beschrijvingen een vreemde bekoring uitoefent op de lezer.
In feite behoorde deze fantastische kunstenaar tot de satanische school. Zijn oeuvre is verwant met dit van Baudelaire, Poe, Artaud en hij was onbetwistbaar een meer dan reprezentatief voorloper van het surrealisme.
In De zangen van Maldoror schildert hij met onthutsende beeldspraak afgrijselijke vizioenen, makabere dromen, ijzingwekkende taferelen waarin wreedheid, afschuw en gruwel domineren. De ondertoon is echter weemoed en eenzaamheid, hunker naar liefde en zuiverheid.
Zijn oeuvre herinnert aan de vele schilders die ons via hun surrealistisch-, fantastisch- en magisch-realistisch werk lieten doordringen in een wereld au delà de la réalité.
Jules Croiset heeft die fascinerende zangen op een buitengewone wijze tot leven gebracht, een krachtproef qua zegging, qua akteren, qua lichaams- en stembeheersing.
Verbluffend mooi solotoneel dat geestdriftig werd toegejuicht door de hele zaal.
Rik Lanckrock