De B.R.T. en Frans-Vlaanderen.
Op 26 september 1967 stelde Senator Wim Jorissen de volgende parlementaire vraag (nr. 68) aan de Minister van de Nederlandse Kultuur, R.A. Van Elslande:
‘De B.R.T., gewestelijke zender West-Vlaanderen (radio Kortrijk), is te zwak om door de Westhoek en Frans-Vlaanderen gehoord te worden.
Kan de geachte Minister er niet voor zorgen dat de op te richten steunzender van de televisie in West-Vlaanderen eveneens kan gebruikt worden voor het versterken van de uitzendingen van de gewestelijke zender Kortrijk?’
De Minister van de Nederlandse Kultuur antwoordde hierop als volgt:
‘De B.R.T. beschikt op het internationale plan niet over de nodige golflengten om aan de ontworpen T.V.-zender te Oostvleteren nog een radio-omroepzender toe te voegen. Het ligt echter wel in de bedoeling van de B.R.T. om begin 1968 te Kuurne een nieuwe omroepzender voor het Nederlandstalige gewestelijke programma in bedrijf te nemen waarvan de zendkracht aanzienlijk zal zijn versterkt.
Buiten de verzekerde dienst in eigen land zal deze zender, ten minste gedurende de dag, een behoorlijke dienst verzekeren in het grootste gedeelte van Frans-Vlaanderen.’
Hiermee zijn niet alle moeilijkheden opgelost, doch het vooruitzicht van grotere zendkracht is alvast een winstpunt van belang.