Patrouille op eigen erf: De Westhoek.
Van 22 tot 29 juli 1967 hield de Lodewijk De Raet-Stichting haar jaarlijkse ‘patrouille op eigen erf’, in de Westhoek.
Zowel het Franse als het Belgische gedeelte van de Westhoek werd daarbij betrokken.
Men maakte kennis met de Franse Westhoek door een dagtocht waarbij een bezoek gebracht werd aan het De Puydt museum te Belle, aan Kaaster, aan Eke met ontvangst ten gemeentehuize, een bezoek aan Belle Vue, herinnering aan de rederijkerskamer ‘Verblyders in 't Cruyce’, kommentaar verstrekt door gemeentesekretaris Maxim Laporte.
Verder werd een bezoek gebracht aan Kassel. Speciaal de verzameling in 's Heeren Huys werd bezocht. De dag eindigde te Bollezele waar kennis gemaakt werd met volkspoëzie en volksliederen, zoals ze in Chants Populaires des Flamands de France voorkomen.
De tweede dag had als doel kennis te maken met de ekonomische problemen van de Franse Westhoek. Er werd een uitvoerig bezoek gebracht aan de groeiende haven te Duinkerke.
In de mairie te Winnezele werd, via een gesprek met gemeentesekretaris Verhaeghe, het probleem van de ontvolking van de landelijke gemeenten bestudeerd.
Een bezoek aan het snel groeiend zuivelbedrijf te Steenvoorde bracht een beeld van wat gedurfde aanpak mogelijk maakt.
Te Hazebroek hield de heer Montaigne, adjoint au maire, een uiteenzetting over de ekonomische moeilijkheden waarmee de stad en omgeving te kampen hebben. 's Avonds besloot een inleiding van Jacques Fermaut met debat de 2-daagse kennismaking met de Franse Westhoek.
De kursus vervolgde met kontakten te leper en te Poperinge, in het Veurnse, aan de Westkust en in het Westvlaamse Heuvelland.
Het was een uitstekende gelegenheid om zich rekenschap te geven van de moeilijkheden waarmee beide delen van de Westhoek te worstelen hebben.
De Stichting Lodewijk-De Raet verdient onze dank voor dit initiatief.
Jan Hardeman