Schilderkunst.
Museum Van Ertborn. - De nieuwsgierigheid van het publiek was ten hoogste aengehitst door alles wat men gezegd had over het ryke kabinet van oude kunststukken, welke de heer oud-burgemeester Van Ertborn, by testament aen zyne geboorte stad gemaekt had. Ook was de toeloop groot gedurende de acht dagen dat dit kabinet is ten toon gesteld, en, haesten wy ons het te zeggen, noch de verwachting van het volk, noch die der kunstkenners zyn bedrogen geworden. Niets is er voor de geschiedenis der schilderkunst belangryker dan deze zoo volledige verzameling die, onafgebroken, opklimt van de bizantynsche school tot Van Eyck, Durer en Quinten Metsys, doch niet alleen in betrekking met de geschiedkunde is ze belangvol, ook als studie-middel voor kunstenaers heeft dezelve eene onschatbare weerde, en onmogelyk zou het ons zyn de echte meesterstukken, welke er in bevat zyn, optetellen. Nergens beter dan hier kan dit kabinet van nut zyn, mits onze school, om de volmaektheid te bereiken niets anders noodig heeft, dan in den mensch iets meer dan een stoffelyk schepsel te beschouwen. Dit hebben onze oude meesters gedaen en daerom zyn zy het die tot heden, in Duitschland als het ideael der volmaektheid aenzien worden. Wy hebben dit wat al te lang vergeten; het is tyd dat wy van onze dwaling teruggekeeren.
Men heeft ons stellig verzekerd dat het testament van den heer Van Ertborn van regtswege uit hoofde van nulliteiten verbroken is, doch dat de erfgenamen niet te min beslist hebben dat het nagelaten kabinet aen de stad zou blyven. Indien deze daedzaek waer is, verdienen zy die zulk eenen blyk van edelmoed en onbaetzuchtigheid gegeven hebben de onbegrensde erkentenis der belgische natie. Wy hopen voor een volgend no verdere inlichtingen over deze zaek intezamelen.
DE REDACTIE.