Noordnederlandse Historiebijbel


4 capittel God sprac tot Moyses ende tot Aaron ende seide, hoedat men dienen soude in die tabarnakel ende hoe mense bewaren soude ende seide, dat Caaths geslacht in die tabarnakel dienen souden, alle die boven 30 jaren waren tot 50 jaren toe. Ende als men reysde, soude Aaron ende sijn kinderen alle die dingen bedecken ende hemelen die in Sancta sanctorum waren. Ende die soude Caaths geslacht antasten ende dregen sonder sterven. Doe seide God tot Moyses: "Dat geslacht van Gerson die boven 30 jaren sijn tot 50 jaren toe die sellen in den dienst der tabarnaculen wesen ende sellen dregen ende bewaren die tabarnakel, die gordijn ende dat decsel, die rincmuer ende dat daertoe dient. Dat geslacht van Merari boven
[Folio 57rb]
30 jaren tot 50 toe die sellen bewaren ende dragen die calumpnen, die grendelen, die banden ende die vaten ende dat daertoe hoert." Ende dat geslacht van Caath, van Gerson, van Merari van 30 jaren tot 50 jaren toe was tesamen 8.000, 500 ende 80 mannen.