Noord en Zuid. Jaargang 23
(1900)– [tijdschrift] Noord en Zuid– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermdOrientaaltje.Ga naar voetnoot1)In Taal en Letteren, III, blz. 368 heb ik niet beweerd, dat orientaaltje de naam was van een soort van tabak, maar dat het meer in het bijzonder tabak beteekende, zonder meer, en dat blijkt duidelijk uit de daar geciteerde voorbeelden. Ook uit Huygens' Trijntje Cornelis. De schippersknecht Kees doet alle moeite om zijn baas te troosten, die wanhopig is wegens het langdurig uitblijven van moeder de vrouw. Kees zegt dan: Kom laete we ons hooft gerust in 't kusse legge;
En neemj' en soopje met en pijpje smoocks vooruyt;
Daer is gien dingh dat ien sen ooghjes dichter sluyt.
Korenbloemen, 1672, blz. 591
Later vertelt de knecht van Moer Kernelis met welke woorden hij Claes Gerritsz. wat heeft trachten op te monteren: En voelje van verlang swaermoedige gedachte,
Daer is niet beters voor suck volck as lange nachte;
Eerst wat Orientaels, en daer soo moytjes by
En Brandemorisje, en dan het hooft op zy.
Ibid. blz. 607.
Oudemans in zijn Mnl. Woordenboek en Dr. De Jager in zijn Woordenboek der Frequentatieven geven van dat Orientaels een verkeerde verklaring en daarom vond ik het wel de moeite waard er hier even op terug te komen. K. Poll. |
|