De naamval bij doen, laten, zien, hooren.
Op bl. 526 van jaargang XX en ten overvloede in jg. XXI, bl. 83, is ter sprake gebracht de kwestie omtrent de naamvallen bij de werkwoorden doen, laten, zien, hooren onbep. wijs. De zaak is in jaargang XVIII bl. 355 behandeld, zoodat daarheen had kunnen zijn verwezen. Het laatst is zij ter sprake gekomen en door tal van vindplaatsen geïllustreerd, in de nieuwste uitgave van Maerlants Strophische Gedichten door Franck en Verdam bl. 151.