Spr. ging hierbij den arbeid na van onverschrokken neologisten als Ronsard en de zijnen en de verbreiding van dien roes van taalgenot door de letterwereld dier dagen, om tot de conclusie te komen, dat die nieuwvormingen gemeenlijk de meeste levenskracht doen blijven, die in bekende vormen hun hechtwortels slaan.
Ook van een andere formule: ‘Taal is klank’, stelde spr. de onvolledigheid en eenzijdigheid in het licht, al moet erkend worden, dat de herinnering aan dit gezichtspunt goed gedaan heeft, waarna hij, terugkomende op het onderwijs, eenige oogenblikken verwijlde bij het spellingvraagstuk en dat der vereenvoudiging van de schrijftaal
In den verderen loop van zijn rede komende op het antagonisme tusschen de letterkundige kunst en de letterkundige wetenschap, wees de spr. o.a. op het nog veel heerschend vooroordeel, dat sommige levensverschijnselen te hoog zouden staan om tot een voorwerp van wetenschappelijk onderzoek gemaakt te worden. Alsof niet hooge waardeering, bewondering, eerbied, kan samengaan met causale verklaring, alsof begrijpen die aandoeningen soms niet tot hooger peil kan voereu. Deert het de moederliefde, als zij allereerst verklaard wordt uit het wondere feit, dat het kind een deel van haar zelf is?
Even ijdel is ook de beduchtheid, dat de kunstenaar omlaag wordt gehaald als zijn produceeren het voorwerp wordt van natuurwetenschappelijk nadenken.
Ten onrechte ook zien vooral jonge kunstenaars in wetenschap het milieu vanwaar voortdurend aanslagen dreigen op hunne vrijheid, op hun recht om de wereld op eigen manier te zien.
De wetenschap heeft al sinds lang verleerd, dat 't haar roeping zou zijn kunstenaars te vormen/ Zij onderzoekt en tracht te verklaren hetgeen was en is, maar geeft niet de wet der toekomst.
Tot de taak der wetenschap behoort het verzamelen van alle gegevens, die het geheim der processen, waardoor kunstwerken ontstaan, zooveel doenlijk toelichten. Van haar kan de kunstenaar leeren, wat de weg is om zijn eigen regel te vinden.
Tegenover de kunstbegeerende menigte moet de letterkundige wetenschap het centrum zijn, waarvan de invloeden uitgaan, die aan de literaire ontwikkeling der natie leiding geven. Zij behoort den afstand te verminderen, die de schare van vroegere en tegenwoordige dichters scheidt.