tuigd zouden wezen, maar wat tot dusver door hem werd bijeengebracht en waarvan slechts een gedeelte in de Gids werd gebruikt, heeft hem en vele geleerden met hem, de overtuiging geschonken, dat het betoog alleszins betrouwbaar is.
Den vrienden van ‘de Gids’ heeft stellig deze mededeeling van dr. Kluyver innig leed gedaan, immers als ‘de Gids’ aan haar naam beantwoordde, moest dit een valsche leidsman, een zeer verdacht personage zijn en alleen in fatsoenlijk gezelschap geduld worden, door een Franschen glimp, die er een schijn van fatsoen aan gaf.
Dr. S.J. Warren komt in het December-no. hun ‘leed eenigszins verzachten.’ De geleerde Sanskritist verklaart n.l. dat gadji geen echt zigeunerwoord is. ‘Terwijl rom = skrit rāma en kālo (zwart) = skrit kālo, echt Indisch-Zigeunersche woorden zijn, den ganschen stam eigen, is gadji een vreemd woord, door de Zigeuners overgenomen. Het is hong. gazda = ‘huisheer, eigenaar, waard, boer, meester, baas’, dat beteekent het bij de Zigeuners nog, het beteekent ook ‘huisvader’.
Dr. Warren komt tot het besluit 1o. dat het onwaarschijnlijk is, dat gadjo Nederlandsch werd, tenzij bewezen worde, dat dit door Zigeuners in Hongarije overgenomen woord een algemeen Zigeunerwoord is geworden; 2o. dat er nog geen voldoende zekerheid bestaat aan te nemen, dat de oorspronkelijk goede beteekenis van het woord in eene slechte is overgegaan.
d. B.