Dienovereenkomstig spreekt men ook van een wettig, eveneens, maar in anderen zin van een wettelijk nandeel; ook van een wettig huwelijk, een wettig vorst. Zoo is een wettig betaalmiddel, een wettig besluit, een wettige verhindering, een betaalmiddel, een besluit, eene verhindering, die niemand kan wraken, wijl ze op een even goeden grond steunen, alsof er eene geschreven wet aan ten grondslag lag.
Daarentegen spreekt men van eene wettelijke regeling, wettelijke verordeningen, eene wettelijke verplichting, een wettelijken termijn, al welke zaken voortvloeien uit werkelijk bestaande wetten; ook van eene wettelijke overeenkomst, d.i. eene overeenkomst, die op eene wet berust.
We zien derhalve, dat wettig beteekent: kracht van wet hebbend; wettelijk: tot de wet behoorend, er een deel van uitmakend, of althans er op berustend, er rechtstreeks uit voortvloeiend.
Opmerkelijk De wet schrijft voor, welke gewichten in den handel mogen gebezigd worden. Dat zouden alzoo wettelijke gewichten moeten heeten. Maar de ‘spraakmakende gemeente’ heeft goedgevonden, steeds te gewagen van wettige gewichten. Vanwaar die afwijking? Wij wagen de gissing, dat wettelijke met zijne drie toonlooze lettergrepen, slecht valt vóór gewichten, dat met ééne toonlooze lettergreep aanvangt. Hoe dit zij, zeker is het, dat het streven naar welluidendheid, vaak onbewust, grooten invloed heeft op de wording van woorden en uitdrukkingen, en dat daarmede m.i. bij de vaststelling van regelen der spelling niet altijd genoegzaam rekening is gehouden.
Doch hierover ware een afzonderlijk artikel te schrijven.
J.V. Boxmeer.