Spek-haelders.
Aldus noemde men in den aanvang der zestiende eeuw in Noord-Holland de bedelaars en landloopers, die den boeren vrij wat overlast deden door hun bedelen en stelen; waarschijnlijk behoorden vele dier klanten tot de Zigeuners of Heidens. Door middel van plakkaten trachtten de overheden dat volkje te weren en de burgers daartegen te beschermen. In de Chronyk van Hoorn door Theod. Velius Ao 1630 leest men daaromtrent het volgende: ‘In desen tijd (1513) geschiede ten platten Lande veel moedwil en onstuerigheyd vande Bedelaers, die onder pretext van bedelen, niet deden als stelen, en de Huijslieden dagelyks met veel overlast te quellen, ook den reysenden Man over weg te knevelen: en werd dierhalven dit selve Jaer den lesten September binnen Hoorn, en (ik acht) ook in d'ander Steden van Holland en West-Vriesland een seer scherp Placaet uytgekondigt tegens alle Terwanten, Bedelaers, en Spek-haelders (soo werden sij daer in genoemt) als namelijk, dat soo wie hem voortaen tot bedelen begaf, en daerop betrapt werd, gehecht soude worden aen de Kaek met een spijker deur sijn eene oyr, en daer soo lang staen, tot dat hij hem selven los haelde: en dan voort ten eeuwigen dage gebannen worden uijt den Lande. Dit maekte metten eersten wel ijet ontsichs onder desen hoop, maer duyrde niet lang, overmids het Placaet bij de steden niet onderhouden werd’ (! Een hollandsche keur duurt drie dagen!)
Aangaande Kaak vergelijke men hiermede Noord en Zuid II. bl. 50.
Het woord terwant of truwant wordt verklaard N. en Z. III. bl. 163.
Hilv.
J.E. TER GOUW.