Zeebarich.
Drie h's.
In het eerste deel van dit Tijdschrift vindt men op blz. 184 onder No. 86 deze vraag:
‘Op blz. 4 van Potgieters Proza leest men: een zeebarichen boezem en op blz. 19: al schreeft gij hem drie h 's op den rug; wat beteekenen die uitdrukkingen?’
Zeebarich is een bijvoegelijk naamwoord, afgeleid van zeebaar, golf der zee, het zou dus moeten beteekenen: golvend als de zee.
De drie h 's vindt men verklaard in Harrebomée's Spreekwoordenboek, I Deel blz. 264, alwaar men leest:
‘De drie h 's zijn: houd hem hier. Het spreekwoord wordt toegepast op den predikant, die geen kans heeft, elders beroepen te worden; gelijk ook op ondeugende knapen, die naar de Indiën gezonden worden.’
Hilv.
J.E.t.G.