Vrijpostig, riposter.
(Dl. I, bl. 184. Dl. II, bl. 361, 365.)
De geachte beantwoorder der vragen begaat volstrekt geen etymologische zonde door een bijvoegelijk naamwoord vrijborstig aan te nemen. Juist in de beteekenis van vrijpostig wordt in deze streken het woord vrijborstig, vriborstig algemeen gebruikt. Men denkt dan echter niet aan borst, knaap, maar aan borst, gemoed, hart, in welken zin het ook in rondborstig voorkomt. In de meer gunstige beteekenis van vrijmoedig werd het woord vroeger ook gebruikt: ‘Welk vrii-borstig zeggen bi de Vergadering gepreezen wierd.’ (C. van Alkemade 1700).
Wat riposter betreft, ik kan niet denken dat het van reponere afgeleid is: het voorvoegsel ri is geen fransch, maar wijst op 't italiaansch. Zoo wordt reponere in 't fransch reposer en in 't italiaansch riposare. 't Komt mij voor dat riposter afkomt van rispondere, antwoorden, hetwelk in 't verleden deelwoord risposto luidt. Daarnaast staat répondre van 't latijn respondere..
Men vergelijke daarbij de zelfstandige naamwoorden: une réponse, une riposte, una risposta, responsum.
Sommelsdijk.
J.E. TER GOUW.