Nieuwe Wegen. Jaargang 2(1911)– [tijdschrift] Nieuwe wegen– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende Naar het Zomerland. October smoor hangt om den toren en rond zijn naald, in wilde vlucht, een enkel zwaluw, 'lijk verloren, maakt krinkels in de grauwe lucht en roept. Als uit den grond getooverd, van t'alle kante, op zijn stem, al door 't geboomt, dat droef ontloovert, een zwaluw-wolk zwemt op tot hem. Hij is de baas en valt aan 't tellen van al zijn volk en dreigt en kijft, zendt konders, d'ure vast gaan stellen, bij 't volk dat nog ten acht'ren blijlt. Welhaast, de vliegende stafetten verschijnen jub'lend met de rest: een halven sim, wat oude metten, een oom, een moei, een kakkernest. En hij, als leider van den volke, zit hoog en staart er welgezind, op heel die rustelooze wolke, die schijvert 'lijk een wervelwind. Plots breekt hij los in zegekreten en schiet met al zijn volk van kant, met wijde, slonke vlerkesmeten Vooruit, naar 't verre zomerland. Warden Oom Vorige Volgende