De eerste jaargang van de Volkskundige Boekenschouw, die als bijblad verscheen van Biekorf, ligt thans volledig voor ons. In April 1909 hebben wij dus een overzicht van alles wat in 1908 over Volkskunde in Europa verscheen. Actueeler kan waarlijk eene bibliographie niet wezen. Deze jaargang vormt een boekdeel van 261 bladzijden, waarin 2296 nummers besproken worden; daarop volgen eene alphabetische lijst van alle vermelde tijdschriften, een namen-index, en een uiterst practisch zaakregister, alles te samen 298 blz. Geheel volledig is dit overzicht nog niet, en niemand beter dan Dr De Wolf zelf weet wat hier en daar nog zou moeten aangevuld worden. Al te bescheiden is hij echter in zijn eigen oordeel over zijn werk, dat wij met recht een reuzen- en een standaardwerk heeten. Een reuzenwerk is het alléen, op eigen hand, in een afgelegen stadje als Oostende, waar de wetenschappelijke hulpbronnen zoo schaarsch zijn, zulk een vraagstuk aan te durven; daartoe is taaiheid en zelfopoffering noodig. Dat Dr De Wolf die in hooge mate bezit bewijst het geleverde werk, waar elk geleerde met eerbied en bewondering naar opkijkt, en dat andere landen ons mogen benijden.
Van harte wenschen wij Dr De Wolf dan ook den steun toe, dien hij van de Vlamingen verwacht en wij doen een warm beroep op onze lezers, opdat ze hunnen penning zouden jonnen aan eene onderneming, zoo degelijk van aard en zoo Vlaamsch van wezen. Van af dit jaar verschijnt de ‘Bibliographia folklorica’ afzonderlijk voor den spotprijs van 5 fr. per jaargang.
Wij eindigen deze korte bespreking met de vraag, die wij in 't bijzonder richten tot den nieuwen bestuurder der Vlaamsche Academie, Prof. Dr W. De Vreese, of dit niet een uitstekende gelegenheid zou wezen voor de Academie, om een duurzaam en blijvend werk te helpen in stand houden, in de richting door Prof. Dr De Vreese aangetoond in zijne merkwaardige openingsrede?
Oostende, 2-4-09.
R. Verdeyen.