Nieuw Leven. Jaargang 1(1908)– [tijdschrift] Nieuw Leven– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 126] [p. 126] Vers Voor mijne Verloofde. In herfsten-avond, toen ik moe na woelgen dag in hoogen hemel nog een zomersch licht dierf hopen en, licht begeerend, deed met vreezig-schromen lach en zacht gebaar het zwaar gordijn en 't hooge venster open, maar talmend treurig wordend stil-mistroostig zag hoe droeve donker in mijn kamer kwam geslopen en schemer-schimmen zich in diepe hoeken stopen, mijn goede kamer vol van herfsten-weemoed lag, [pagina 127] [p. 127] toen heb ik langzaam en nog mijder van gebaar met pijnlijk-lijdens lach op 't henen zomer-jaar, ontgoocheld, 't hooge raam en 't zwaar gordijn gesloten, en ben - mijn goede lamp heeft nedrig licht gegoten - door kallem denke' en vreedzaam werk terug geleid in 't rustig leven mijner goede eenzelvigheid. Reimond Kimpe. Vorige Volgende