Uit de Russische koetsierswereld.
Gewone Petersburger droschki met opgeslagen kap.
Ren-droschki.
Huur-sleden.
Deftige droschki.
Van alle landen is Rusland het rijkst aan paarden. En de Rus houdt van zijn ros. Van ouds waren de verschillende rassen, die de Sarmatische vlakte bevolkten, vertrouwd met paarden. Het leven van den Kozak aan Oeral, Don en Djniepr is als 't ware samengegroeid met dat van zijn paard. Aan de oevers dezer vloeden, in de vlakten van hun stroomgebied, in de onafzienbare steppen van het Zuiden grazen reusachtige paarden-kudden. Het paard speelt dan ook een voorname rol in de volkspoëzie en de verhalen van Zuid-Russische dichters en schrijvers. Sagen, gelijkend op die der vier Heemskinderen en het goede ros Beyaart, zijn lang niet zeldzaam in deze streken.
Wat zou de Rus zonder zijn paard, waar eerst in den laatsten tijd het spoorwegwezen zich meer en meer over de afgelegenste deelen van het reuzenrijk vertakt. Ook heden zijn er heele gewesten, die niet eens één goedgebaanden verkeersweg bezitten.
Schoon in Rusland de paardensport niet zulk een vlucht heeft genomen als in Engeland, Frankrijk en Duitschland, legt men er zich met den meesten ijver en het schitterendst gevolg toe op de veredeling der inheemsche ruwe rassen, en een groot aantal particulieren bezit een prachtige stoeterij. Van alle wint het natuurlijk de stal van den czaar. Maar bij feesten en harddraverijen brengt menig burger een dier op de baan, waar de beste kenner zijn oogen aan uit zou kijken, zóó fraai en vlug.
De meeste belangstelling in rij-sport heeft natuurlijk de huurkoetsier. Rijden en rossen zit den Rus in het bloed; in dorp en stad staat bij elke feestelijkheid van beteekenis een ritje op het program. Particulieren, die er eigen equipage op na houden, zijn nergens zoo talrijk als in de Russische steden. Ja, het komt zeer veel voor, dat aan staatsambtenaren niet alleen een ambtswoning, maar ook paard en rijtuig van overheidswege verstrekt worden. Er wordt dan ook nergens meer luxe aangetroffen, zelfs onder het huur-gedeelte van koetsiers en rijtuigen, dan in Rusland.
Vreemdelingen vergapen zich aan een voorjaarskorso op de eilanden van de Newa-delta of de kaden en pleinen van St. Petersburg en Moskou. Op mooie winternamiddagen, vooral als ze samenvallen met den tijd van Kerstmis, is het een feest voor oog en oor, de prachtig-opgetuigde een- twee- en driespannen met de licht-glijdende kleurig-geschilderde arren en haar in rijke winterpelsen getooide vracht door de witte straten te zien vliegen, het vroolijk geklingel der bellen te hooren ruischen door het lustig en feestelijk gelui der kerkklokken.
De Russische koetsier en sledemenner acht zich een