Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 20 (1903)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 20
Afbeelding van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 20Toon afbeelding van titelpagina van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 20

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (37.78 MB)

Scans (840.18 MB)

ebook (30.71 MB)

XML (2.73 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 20

(1903)– [tijdschrift] Nieuwe Belgische Illustratie, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Bij de Platen.

Lord Salisbury. -

In lord Salisbury is Engeland een staatsman ontvallen uit de groote school van Pitt, Peel en Disraeli, maar niet zoo groot en niet zoo begaafd als dezen.

In 1830 geboren, kreeg hij reeds met zijn 23ste jaar zitting in het Lagerhuis, van waar hij in 1865, door het overlijden van zijn oudsten broeder lord geworden, naar het Hoogerhuis overstapte.

Na korten tijd minister voor Indië te zijn geweest, werd hij in 1876 beroepen tot den gewichtigen post van gezant te Constantinopel, waar hij van nabij den geduchten Russisch-Turkschen oorlog volgde; werd in 1878 met de portefeuille van Buitenlandsche Zaken belast en in hetzelfde jaar met lord Beaconsfield benoemd tot vertegenwoordiger van Engeland op het congres van Berlijn, waar het laatste, diplomatieke, bedrijf van den oorlog in het Oosten werd afgespeeld.

Na den dood van Disraeli werd Salisbury de leider der Tories en trad om beurten met Gladstone, den aanvoerder der Whigs, driemaal als kabinetsformeerder en eerste-minister op, het laatst in 1895. Zeven jaren droeg hij nog den last van het ministerschap, tot hij in Juli van het vorige jaar wegens zijn minder gunstigen gezondheidstoestand zich uit het openbare leven terugtrok.

Eén donkere plek kleeft op de staatmansloopbaan van lord Salisbury: de onrechtvaardige oorlog tegen de Boeren, meer door Chamberlain dan door hem verlangd en uitgelokt, maar waarvoor op hem als eersteminister toch minstens een deel van de verantwoordelijkheid en het odium neerkomt.

Oplossing van de sociale kwestie. -

Aaltje uit ‘De groote Pint’ heeft het kort gemaakt met den ‘Gepensioneerde’, even een mooi-weerpraatje en daarmee uit. Ze ként 't al: je weet wel wanneer je met sinjeur begint, als ie op z'n praatstoel bij zijn potteke zit, - maar het end?... Komaan! daar heb je baas Pikdraad en den ouwen bakker, laten die; 't maar 'ns van d'r overnemen.

‘Pietje Politiek’ - de familare naam onder de stamgasten voor den ridder van de leest - is hem al gauw aan boord gekomen met de ondeugende opmerking: ‘Wel, ouwe, die spreker van gisteravond met zijn acht-uren-werkdag had het leelijk op je pensioentje gemunt, he? Hoe zei die dat ook weer?... ‘Als de ambachtsman tijd te kort kwam voor de uitvoering en aflevering van alle bestellingen, dan moest ie van de regeering eischen, dat ze al die leegloopers, die niets doen dan uit de staatsruif fressen en die soms dertig jaar tijd krijgen om na te denken over de diensten, die ze aan de maatschappij hadden kunnen bewijzen, maar nooit bewezen hebben, - eischen, zei-die, dat de regeering die lui aanstelde tot loopknechts voor den ambachtsman, die het bloed uit zijn nagels moet werken!’

‘Praat me niet van die schelmen, die volksbedriegers,’ protesteert de ‘Gepensioneerde’, ‘als ik burgemeester was, ik had dien oproerkraaier buiten de gemeente laten brengen, als ik afgevaardigde was, ik zou er den minister over interpelleeren, als ik minister was, ik schafte...’

‘een massa pensioenen af of ik verminderde ze’ - onderbreekt de ander lachend, en beaamt met een leuk soezerig gezicht - hij stond al zóó vroeg voor den oven - de geslaapmutste derde.

En zoo eerst vriendelijk schermutselend, komen ze ten laatste met hun drieën, (eigenlijk tweeën, want de meelman wordt al langer hoe meer passief, hij wil het wel weten: hij is niet zoo hooggeleerd) tot de groote strijdvragen van den dag.

En met hetzelfde gemak als waarmee het zware gerstennat naar binnen klokt, wordt hier menig Gordiaansche knoop in de sociale kwestie doorgehakt. Natuurlijk scheiden ze straks als gezworen kameraden, maar onderweg moet Pekbroek vrind Meelmuis nog eventjes triomfantelijk toevoegen:

‘Die was goed, he? Wat had ik er dien Gepensioneerde lekker tusschen, he?’

En hij elst en pint en hamert er straks weer op los, zonder het besef, dat het bij een socialistischen acht-uren-werkdag er zeker voor Jantje Politiek minder vroolijk uit zou zien. 't Parool zou dan misschien nog meer dan nu wezen: ‘Schoenmaker, bij je leest!’


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken