De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 20

Aan de H. Anna.

Egredietur virga de radice Jesse et flos de radice ejus ascendet.
Is. XI, 1.

Een wortel, diep verneêrd,
Gestoken in den grond, verteerd
Van ouderdom en even
- Zoo stram en dor en droog lijkt hij -
Slechts ademend het leven.

Hier helpen tranen niet,
Waar moedermin zich meê begiet,
Hier valt er niet te hopen
Op menschelijke zorg en kracht;
De bloeitijd is verloopen.

De hemelsche Tuinier
- En niemand anders - kan den schier
Verganen struik besproeien
Met vruchtb'ren zegen en erop
Een jongen stam doen groeien.

O Wortel van den Stam
Van Jesse, waar de Bloem aan kwam,
Die noch beneên op aarde,
Noch boven in den hemel ooit
Een andere evenaarde!

O heilige Anna, die
Veel nachten op vermoeide knie
Hebt doorgebracht met zuchten,
Geen paradijsstruik heeft als Gij
Gedragen zoete vruchten!

Dr. A. Smoor.