De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 19(1902)– [tijdschrift] Nieuwe Belgische Illustratie, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende Kerstnacht-meditatie. Mijn ziel, kom de drievoudige geboort’ Van Christus eeren! Hier geen verstrooiend feestgedruisch behoort Doch mediteeren: In den beginne was het Woord bij God, Den grooten Vader, Aleer Het zaligmakend daalde tot Uw blindheid nader; Want vóór den wisselgang van stof en tijd, Ook vóór de koren Van biddende Englen stonden opgereid, Werd Het geboren. En 't Woord was God; daar wat de Vader heeft, Hij heeft gegeven Zijn Eeuwig Woord, dat door en met Hem leeft Eenzelfde leven. Oneindig Licht, dat verder als de zon Laat gaan Zijn lichten, En dat Uw oog voor 't eerst aanschouwen kon In Kerstgezichten. Daar schrijdt de maagdelijke Moeder heen Behoedzaam, zwanger, Door nauwe en drukke straten, waar niet één, Dan de ééne ganger Aan Hare zij, beseffe het geheim; Hem wordt het banger Bij iedre weigring, die hem treft als vlijm: Zij mag niet langer Ronddwalen in meedoogenloozen nacht. Hij leidt Haar onder Een rotsgewelf, waar Ze de stonde wacht.... Mijn ziel, bewonder Nu en aanbid het liefelijke Wicht, Dat in het duister Der koude grot op 't strooien bedje ligt. Het draagt, in luister Van armoede gehuld en needrigheid, De blijde konden Van 't eeuwig Licht, waarvan gij dwaaldet wijd Ontvoerd in zonden. Het Woord, als Menschenkindje teer en klein Is dan gekomen Om u in donker uur een licht te zijn. 't Verdreef de droomen Die u verblindden door hunne ijdelheên. O, laat Het binnen Uw schoot, gekuischt door needrig rouwgeween En sluit de zinnen Voortaan voor valsche grootte en lokkend goud. Nu is 't u zalig Om 't Licht, dat ge in uw boezem houdt. Goddank, 't voormalig Bedriegelijk geschemer ging voorbij. 't Licht is geboren. Thans ook in u. Ook gij moogt nu den rei Der Englen hooren Den Vader lof, der ziel van goeden wil Vrede toezingen, In den Mysterie-nacht verruklijk stil Voor mijmeringen. St. Charles. Dr. A. Smoor. Vorige Volgende