Somali's op het oorlogspad. -
Indien er te Londen, evenals weleer te Rome, een Janus-tempel zich bevond, die alleen gesloten mocht worden, wanneer in heel het uitgestrekte gebied, aan de Engelsche kroon onderworpen, vrede heerschte, dan zou, gelooven wij, die tempel wel altijd moeten geopend blijven. Voortdurend toch wordt het ontzaglijk koloniaal bezit van Engeland door opstanden geteisterd. Is het op het oogenblik rustig in Indiě en in het woelige gebied van den Niger, thans hebben de Somali's ter oostkust van Afrika het oorlogspad betreden en den Engelschen kolonnes menigen onaangenamen dag bezorgd.
De Somali's zijn een volksstam, half Mohammedaan, half neger, die zioh uitstrekt van de golf van Zeila in de Roode Zee, langs Kaap Gardafui tot aan den loop van de Dsjoeb. In dit gebied grenzen de Fransche, Italiaansche en Engelsche bezittingen aan elkaar, maar de heerschappij over de Somali's heeft tot dusver meer in naam dan metterdaad bestaan. De Somali's met hun spiesen en pijlen, hun knotsen en schilden van neushoornvel zijn geduchte tegenstanders, en hun opperhoofd, de zoogenaamde Gekke Mullah, heeft getoond, dat hij voor een Engelsch bataljon niet vervaard is.
Maar de Engelschen zullen wel zoo voorzichtig zijn, zich niet te diep in het binnenland te wagen, want anders kon hun den een of anderen keer een nederlaag te wachten staan, als indertijd den Italiaanschen buurman door den negus van Abessiniě werd bereid.