[Nummer 30]
Onze premieplaat.
Een watermolen
Naar Meindert HobbemaGa naar voetnoot1.
Bij het verschijnen onzer vorige premieplaat - een karakteristiek staal van Ruisdael's kunst - beloofden wij als tegenhanger een landschap van Hobbema. Deze keuze was geenszins een willekeurige: Ruisdael en Hobbema zijn, voor het landschap, de beroemdste en meest nationale vertegenwoordigers onzer zeventiend'eeuwsche school; in beider werken leefde zeer sterk het krachtige, kloeke en welberadene, dat het kenmerk is van de kunst dier tijden.
Ruisdael schilderde gaarne wijde watervlakten, met hooge, bewogene luchten erboven, - gelijk op onze vorige premieplaat, - maar ook weiden en wouden en woest duinland. Hobbema is de schilder der watermolens; ons Rijksmuseum bezit er twee, bovendien zijn er in buitenlandsche verzamelingen. De molen op onze plaat behoort tot de collectie Van der Hoop, een prachtig legaat, bestaande uit 226 stukken, door den kunstliefhebber Van der Hoop aan de stad Amsterdam vermaakt, welke thans in een afzonderlijke zaal van het Rijksmuseum bijeen hangen. Wie, alvorens het museum binnen te gaan, in een der voorportalen een catalogus koopt, vindt daarin een houtsneê naar den beroemden Molen, dien wij thans onzen lezers als lichtdruk aanbieden.
In het midden der schilderij zien we het molenrad, en het ruischende water in witzilveren val neergutsen in de beek, wier strooming den molen in gang houdt. Een figuur is zichtbaar aan den ingang van het molenhuis; van het erf ter rechterzijde verheffen twee hooge boomen hun kruinen naar de bewolkte lucht, links eveneens welig geboomte, gelijk Hobbema meermalen afbeeldde.
In smalle bruin-houten lijsten gevat, zullen deze platen aan den wand van huisof studeerkamer ongetwijfeld een fraai effect maken.
M.V.
poesjespret.