Diepzinnige beschouwingen,
van W.L. Alder.
De Chineesche mode om de voeten der meisjes te verminken is heel wreed en dom, maar wanneer wij die vergelijken met onze mode om meisjes te leeren pianospelen, is er nog zoo'n groot onderscheid niet tusschen ons en de Chineezen. Het doet den Chineeschen meisjes pijn, dat haar voeten zoo misvormd worden en maakt haar voor gansch het leven kreupel, maar dan is er ook niets meer tegen in te brengen. De meisjes alleen lijden en de maatschappij, waarin zij leven, wordt er niet minder op, dat de vrouwen bijna niet kunnen loopen. Terwijl wij niet alleen wreed tegenover onze meisjes zijn door haar iederen dag uren lang gamma's en vingeroefeningen te laten spelen, maar ook de ijselijkste wreedheid begaan tegenover onze vrienden en buren.
Ieder meisje heeft het land aan ‘studeeren’ en doet het alleen, omdat zij er door hardvochtige en onnatuurlijke ouders toe gedwongen wordt. Zij zou in dien tijd tennis kunnen spelen of fietsrijden of een andere prettige bezigheid kunnen doen, maar hare onverbiddelijke ouders dwingen haar op een stoel zonder leuning te zitten, opzettelijk uitgevonden om haar rugspier te vermoeien, terwijl zij de spieren van haar armen en vingers moet pijnigen door op de toetsen te slaan.
Maar de foltering, die het meisje aan haar piano lijdt, is niets in vergelijking met de foltering, die allen uitstaan, welke haar hooren. Eén meisje op honderdduizend speelt misschien goed genoeg om genot te geven aan degenen, die aanleg hebben om vermaak te scheppen in pianomuziek. De overige negen en negentigduizend negenhonderd negen en negentig meisjes brengen allen al hare buren tot wanhoop. De man, die in wat men noemt een stille straat woont, kan rekenen, dat hij op zijn minst dertien piano's kan hooren, welke door ongeveer een en twintig meisjes bespeeld worden, die ieder afzonderlijk twee uur iederen dag studeeren.
Soms is het nog erger, want ik woonde eens in een huis, waar een piano in de kamer boven mij en een piano in de kamer beneden mij stond, en die twee piano's werden zoowat zestig uren per dag bespeeld. Kom mij nu niet met cijfers aan boord om te bewijzen, dat dit onmogelijk is; ik weet, wat ik geleden heb. Velen zullen er zijn, die evenzeer lijden als ik, en ik vind een meisje met een piano even erg als den grootsten beul in China. Vóór dat wij de Chineezen wreed en barbaarsch noemen, omdat zij de voeten hunner meisjes verminken, moesten wij eerst uitscheiden met ònzen meisjes piano te leeren spelen.
***
Zoover ik weet, heeft de ‘Vereeniging tot natuurkundig onderzoek’ nog altijd verzuimd ons nader in te lichten over het onderwerp: de spook-kat. Onder de gewone natuurverschijnselen is niets zoo algemeen als de spook-kat. Dit geheimzinnig beest is door ieder lezer zeker wel honderdmaal gezien. Gij zat op een avond in uw kamer en zaagt opeens een kat onhoorbaar rondsluipen en verdwijnen. Gewoonlijk verdwijnt dit soort van kat het liefst door de deur of zij komt voor een oogenblik te voorschijn van achter een of ander meubelstuk. In alle geval duurt haar verschijning maar heel kort. Ge ziet haar zoo duidelijk als een gewone kat, die ge overdag op de vensterbank ziet zitten, en ge zegt overluid of bij u zelf: ‘Daar is een kat.’ Gewoonlijk staat ge op en kijkt naar de verdwenen kat om haar uit de kamer te jagen, maar het is onnoodig te zeggen, dat de kat, daar zij een spook is, nooit gevonden wordt.
Nu brengen andere beesten uit de geestenwereld ons nooit zulke bezoeken. Wanneer een hond of een konijn of een rhinoceros dood is, dan blijven ze dood, ze komen nooit stilletjes bij lamplicht langs den vloer sluipen. Niemand - dat wil zeggen: geen verstandig mensch - ziet ooit spook-beesten in zijn kamer, behalve de spook-kat. Maar spook-katten zijn even veelvuldig in de stad als in landhuizen en iemand, die niet bijzonder goed bekend met een verschijning der spook-kat is, moet nog gevonden worden.
Iedereen moet toegeven, dat deze overvloed van spook-katten een vreemd verschijnsel is. Waarom, als we een spook-beest in onze kamers zien, is het altijd een kat? Dit moest onderzocht worden. 't Is waar, dat de kat een bijzondere plaats onder de beesten inneemt, want vele duizenden jaren geleden was zij in Egypte een voorname godheid.
Misschien heeft zij van de Egyptische priesters wel de geheimen geleerd en ook de wetenschap om zich weder zichtbaar te maken. 't Is best mogelijk, dat de Egyptenaren daarom mummies van de doode katten maakten, om ze te beletten te komen spoken. Egypte zal zoo verbazend vol van levende katten zijn geweest, dat men de spokende katten best missen kon. Maar ik houd vol, 't is een vreemd verschijnsel en wel waard, dat het onderzocht wordt.
***
Er zijn menschen die denken, dat de wereld beter en prettiger zal worden, wanneer de paarden zullen vervangen zijn door automobielen. De waarheid is, dat, wanneer de automobielen algemeen worden, het leven een last zal zijn. Denk eens een oogenblik na over het leven, dat zoo'n motor-kar maakt. Hoe ze ook verbeterd worden, het zullen altijd machines blijven, die zich niet kunnen bewegen zonder een heel leelijk leven te maken. Voertuigen, die door paarden getrokken worden, maken al leven, de wielen rollen over den grond en de hoeven der paarden kletteren op de straatsteenen. Maar als men in een stad zal moeten wonen, waar de automobielen de paarden hebben verdrongen, zal het zijn alsof men in een stoomzagerij woont, met aan de eene zijde een katoenfabriek en aan de andere een stoom-mallemolen met stoom-orgel.
Zelfs nu is het leven voor zenuwachtige menschen soms verschrikkelijk door al de straatgeluiden. Heeft de motor-kar onze straten in bezit genomen, dan zullen er geene zenuwachtige menschen meer zijn om de eenvoudige reden, dat zij òf zullen doodgaan, of gek worden.
En bedenk dan eens, hoe onbegaanbaar onze straten zullen worden, wanneer duizenden motors zullen rijden, met de snelheid, die zij gewoonlijk aannemen. Een paard zal niemand met opzet overrijden, maar eene machine van ijzer en staal zal het heerlijk vinden om menschen te vermoorden.