De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 18

Bij de Platen.

De H. Vader in de tuinen van het Vaticaan. -

In een der laatste nummers van den 33n jaargang der Illustratie hebben wij in een geïllustreerd opstel een en ander meegedeeld over de tuinen van het Vaticaan, waar de H. Vader in de warme zomermaanden zoo gaarne eenige verkwikking zoekt of met belangstelling de sappige druiven en andere vruchten gaat bezichtigen, die er gekweekt worden.

De afbeelding in dit nummer stelt den doorluchtigen grijsaard voor, gezeten voor de deur van zijn tuinhuis, en slechts door een paar leden zijner lijfwacht, zijn kapelaan en zijn kamerdienaar vergezeld, terwijl aan een paar heeren de hooge en zeldzame eer te beurt valt, hier tot een audiëntie te worden toegelaten.

Wie kan zich eenvoudiger hofstoet denken dan die van dezen Vorst, koning over driehonderd millioen zielen, die allen in stil en vroom begeeren den dag te gemoet zien, waarop het den H. Vader gegeven zal zijn het vijfen-twintigste jaar van zijn roemrijk Pontificaat te beginnen.

Moge God den twee-en-negentigjarigen Paus, onverzwakt naar lichaam en geest, tot dan toe en nog vele jaren voor de Kerk en de wereld sparen!

koningin wilhelmina en hertog hendrik.

het verbranden eener boeren-hoeve in zuid afrika.

Koningin Wilhelmina en hertog Hendrik. -

Al onze lezers zullen ongetwijfeld met belangstelling deze afbeelding beschouwen, genomen naar een photographie, den prins-gemaal op de jacht voorstellend, vergezeld door H.M. de koningin.

De lage en tastbaar onware geruchten, door een gedeelte der buitenlandsche pers over de verhouding tusschen het vorstelijk paar verspreid, kunnen geen andere uitwerking hebben, dan dat alle loyale Nederlanders de koningin en haar gemaal met nog grooter eerbied, trouw en aanhankelijkheid omringen.

Tegen den achtergrond, gevormd door de boschrijke omgeving van het Loo, komt de krachtige gestalte van hertog Hendrik en de gracieuze, innemende verschijning der koningin goed uit.

Het verbranden eener Boerenhoeve in Zuid-Afrika. -

Oorlogen zijn altijd wreed en barbaarsch, maar de wijze, waarop Engelsche soldaten in de twintigste eeuw in Zuid-Afrika huishouden, doet terugdenken aan de gruwelen in den dertigjarigen oorlog gepleegd, indien zij die in verfijnde wreedheid niet nog overtreffen.

Heel de wereld is verontwaardigd over de uitmoording, stelselmatig en op groote schaal, van vrouwen en kinderen in de beruchte concentratiekampen; verontwaardigd ook over de tallooze brandstichtingen van Boeren-hoeven, waardoor de weerlooze bevolking aan een bijna wissen dood gewijd wordt.

Zulk een heldenstuk door Engelsche soldaten geeft onze afbeelding te aanschouwen; maar wat wij niet zien, dat zijn de vrouwen en kinderen, die met ruw geweld uit hun huizinge verdreven, in den omtrek rondwaren en met de wanhoop in het hart, ellende en dood in het verschiet, getuigen zijn van de barbaarsche wraakoefening in een oorlog, in naam der menschelijkheid ondernomen!