Een oud moedertje.
Het oude vrouwke op onze plaat - waarvan we in aflevering 39 spraken als van een waardig pendant voor den Frieschen boer - is geen Friesch boerinnetje; dat kunnen onze lezers dadelijk zien aan haar kostuum. Misschien weet hier of daar iemand ze wel thuis te brengen in het Amsterdamsch besjeshuis, waar ze dan ook behoort.
Ze heeft zeker niet gedacht, het moedertje, terwijl ze daar zoo rustigjes en bijna genoeglijk te poseeren zat, dat haar portret meer van de wijde wereld zien zou, dan zijzelve in haar lange leven ooit had aanschouwen mogen: de schilder zond het namelijk naar Londen, op een tentoonstelling van aquarellen, en daar was men met het prettige werk van den Hollander zóó ingenomen, dat het direct een kooper vond.
En geen wonder: 't is een knap, behagelijk stukje, en voor een buitenlander dubbel aantrekkelijk door het typisch Hollandsche van het sujet; buitendien is het wàt een aardig grootje, zooals ze daar zit in haar ruime jak met helderwitten halsdoek, een stijf gestreken, netjes geplooid neepjesmutsje op, waaruit het goedige oude gezicht zoo zachtzinnig uitkijken komt.
't Is haar aan te zien, dat ze 't lang niet onpleizierig vindt voor den schilder te poseeren; ze weet wel, dat ze er goed uitziet en best gezien mag worden. Heur haar heeft ze zorgvuldig glad gestreken onder de muts, den granaten ketting met blinkende boot, die anders slechts op Zondag en bij feestelijke gelegenheden haar toilet voltooien komt, omgedaan, en den schilder nadrukkelijk verzocht toch vooral niet te vergeten de glanzig bruine kralen en het gouden slot, die zoo mooi blinken tegen het hagelwit van den halsdoek. Maar nòg zou haar conterfeitsel niet compleet geweest zijn als de oude, veelgeliefde snuifdoos - kostbaar erfstuk eener gestorven peettante - er niet aan te pas gekomen was - en zoo heeft de schilder grootje haar zin gegeven, wel overtuigd, dat het bijbrengen van die oude dingen het typische van het portret nog verhoogen zou en haar het poseeren veraangenamen; zeker is, dat hij over zijn model niet te klagen heeft gehad: heel kalm is ze blijven zitten, wel aldoor genoegelijk babbelend, maar dat deerde den handigen teekenaar niet en hield de gelaatsuitdrukking van het model levendig, zoodat grootje zich gedurende de zitting niet verveeld en misschien wel een portretschetsje gekregen heeft tot dank en aandenken aan den gewichtigen dag, waarop een heusche schilder haar teekende met kleuren op wit papier.
M.V.