De Santa Maria Maggiore en het wonder der sneeuw.
Toen wij in No. 51 van den 33en jaargang de afbeeldingen gaven van de vier basilieken van het jubilé te Rome, hebben wij ook het wonder meegedeeld, waaraan de Santa Maria Maggiore of Liberiaansche basiliek haar ontstaan te danken heeft.
Ter verduidelijking van de afbeelding in dit nummer op blz. 341, herinneren wij nog even aan de wonderbare gebeurtenis.
In den nacht van den 4en op den 5en Augustus 364 verscheen aan Paus Liberius de H. Maagd, die hem beval, te harer eer een basiliek te bouwen op de plek, die hij den volgenden morgen met sneeuw zou bedekt vinden.
In denzelfden nacht kregen ook Joannes Patricius, een vroom en vermogend Romein, en zijn gemalin een visioen, waarin Maria hen uitnoodigde, Paus Liberius bij te staan in den bouw eener kerk op de plaats, die den volgenden morgen met sneeuw bedekt zou zijn.
Toen Joannes Patricius bij de eerste morgenschemering de deur van zijn paleis opende, zag hij sneeuw liggen op den top van den Esquilijnschen heuvel, en spoedde zich naar den H. Vader in het paleis van Lateranen, om dezen zijn verschijning mee te deelen. Hoe verbaasd was hij van den Paus te vernemen, dat de H. Maagd ook hem verschenen was en welke opdracht zij hem had gegeven.
Het heele volk van Rome trok biddende en zingende naar den Esquilijnschen heuvel, waar aanstonds de fundamenten werden gelegd voor den bouw, dien Joannes en zijn gemalin uit hun vermogen bekostigden. In het eerst werd de kerk Sancta Maria ad nives, Onze Lieve Vrouw ter sneeuw, genoemd, ter herinnering aan het wonder, maar sedert de achtste eeuw was de naam Santa Maria Maggiore, H. Maria de Meerdere, in zwang gekomen, ten einde den voorrang aan te duiden, dien ze boven alle aan de H. Maagd toegewijde kerken in de Eeuwige Stad bezat.
Ieder jaar, op den 5en Augustus, wordt het wonder der sneeuw in de basiliek plechtig herdacht. Onder de solemneele H. Mis valt boven uit de apsis en uit den koepel der kapel Borghese een onophoudelijke regen van witte jasmijnen neer, die den wonderbaren val der sneeuw moet verbeelden. In weinig tijds is de vloer met een witte laag van deze geurige sneeuw bedekt, die de geloovigen oprapen zoodra de H. Dienst geëindigd is.
Dit jaar werd de H. Mis opgedragen door kardinaal Vincenzo Vannutelli, aartspriester der basiliek, die bij deze gelegenheid een prachtig kasuifel droeg van onschatbare waarde, een juweel van goudborduurwerk, dat hij daarna aan het kapittel der basiliek heeft ten geschenke gegeven. De Vespers werden gezongen door Mgr. Capulo, aartsbisschop van Nicomedia. Uitgezochte muziek van de Liberiaansche kapel luisterde de kerkelijke plechtigheden op.
Ook dit jaar bood een commissie uit de Romeinsche burgerij den traditioneelen kelk aan - vóór het jaar 1870 door den gemeenteraad van Rome aangeboden - die den geheelen dag, oprijzend uit een bed van blanke jasmijnen, op het altaar blijft uitgesteld, dat aan de Madonna der sneeuw is toegewijd.
Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd