nomen, werden vóór eenigen tijd in het Kristallen Paleis te Londen vertoond, nadat zij reeds op de wereldtentoonstelling te Parijs groot opzien hadden verwekt.
Voorbereiding tot den sprong.
Hun voornaamste toer is de sprong van een tien meter hoog platform in een betrekkelijk klein maar diep waterbekken, waarbij zij gedurende eenige oogenblikken volkomen onder den spiegel daarvan verdwijnen. Ze doen dit zonder bijzonderen dwang van den kant van hun meester en met een verbazingwekkende gerustheid en bevalligheid.
De sprong.
duikende elanden, naar photographische instantané's.
Mr. Barnes vertelt, dat hij heel toevallig op de gedachte is gekomen, elanden af te richten, en hij schijnt daarvoor een bij zondere begaafdheid te hebben, want ondanks allerlei proef nemingen is het tot dusver geen tweede gelukt, een dergelijk resultaat met een eland te bereiken.
Voor de toeren, die de dieren van mr. Barnes in het Kristallen Paleis te Londen verrichtten, waren in de groote zaal geen andere maatregelen genomen, dan dat van een der bovenste galerijen uit een gang was ge bouwd, waardoor de elanden werden binnengelaten. Daaronder bevond zich een vier meter diep reservoir, waar de elanden in sprongen.
De twee jongste, Rex en Reno, zijn nog maar een jaar oud; zij hebben echter hun taak vlug geleerd, terwijl het andere hert, Ringlet, hun een goed leermees ter was. Aarzelend en angstig zagen ze in het begin naar hun ouderen collega, maar toen ze bemerkten, dat dezen niets over kwam, dat hij integendeel na iedere voorstelling van zijn baas een belooning kreeg in den vorm van een stuk suiker, deden zij den sprong met groote bereidvaardigheid na.
Alle drie de elanden werden in het Rotsgebergte in den staat Montana gevangen, waar mr. Barnes vallen groef en ze ving zonder dat de fraaie dieren eenig letsel hadden gekregen. Het vangen der dieren alleen reeds heeft langen tijd in beslag genomen en veel moeite gekost, daar de elanden ook in Amerika al zeldzaam geworden en het uitsterven nabij zijn.
Ringlet is een buitengewoon prachtig hert, dat een gewicht van meer dan 400 kilogram heeft bereikt. Zijn gewei zou, indien men het liet groeien, al een spanwijdte van minstens zeven Engelsche voeten bereikt hebben. Daar zijn zaak evenwel meebrengt van den trein gebruik te maken er ook in Amerika geen speciale elandenwagens te krijgen zijn, moest het gewei worden klein gehouden. Mr. Barnes wrijft het daarom elk voorjaar met een bijtende stof in, die den verderen groei tegenhoudt. Deze maatregel schaadt het dier niet; mr. Barnes is zelfs van oordeel, dat de buitengewone kracht van het hert en zijn blakende gezondheid daaraan zijn toe te schrijven.
De elanden worden ook als trekdieren gebezigd en door hun meester voor een wagen gespannen. Wel verwekt het duiken bij het publiek het meeste opzien, maar het trekken van den wagen is eigenlijk de sterkste toer. Zulke schuwe, in het woud opgegroeide dieren kunnen er maar moeilijk aan gewend worden, zich een tuig te laten aanleggen en een wagen te trekken. Het oude hert Ringlet verzette zich meer dan een jaar lang halsstarrig tegen alle pogingen om het in het juk te spannen. Mr. Barnes zegt, dat de ongelukken nauwelijks te tellen zijn, die hij er bij dergelijke gelegenheden mee gehad heeft; maar thans is een tochtje in een elandwagen even veilig als in een rijtuig.
Ook de verpleging der dieren kost veel moeite en werk. Na het duiken moeten zij altijd met pijnlijke zorgvuldigheid worden gewreven en afgedroogd. Zoodra zij het water hebben verlaten, worden zij onmiddellijk in groote dekens gewikkeld en zoo lang gewreven tot ze volkomen droog en warm zijn; daarna worden ze met warme dekens toegedekt. Ook ten opzichte der voeding moeten de grootste voorzorgsmaatregelen worden genomen, zoodat de verpleging van een eland haast even kostbaar is en evenveel zorg eischt als van een renpaard.