De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 18

HET KASTEEL TE WINDSOR,
lievelingsverblijf van Koningin Victoria.

De paleizen van koningin Victoria.

Het zal den lezers allicht belang inboezemen, kennis te maken met eenige der paleizen, waarin wijlen koningin Victoria korter of langer tijd placht te vertoeven.

De Londensche residentie der koningin was het Buckingham paleis, tusschen St.-Jamespark en Greenpark gelegen, dat met ontzaglijke kosten versierd en vergroot werd, maar waarin H.M. nooit veel gewoond en sedert den dood van den prins-gemaal slechts zelden hof gehouden heeft. In dit paleis werd de tegenwoordige koning, Eduard VII, den 9 November 1841 geboren.

Verder heeft men in Londen nog het St.-Jamespaleis, ten noorden van het St.-Jamespark, dat er van buiten kazerneachtig-prozaïsch uitziet, maar door zijn pracht van binnen getuigenis aflegt van den luister der koningen, die hier sedert 1695 resideerden; het paleis van Whitehall, ten zuidwesten van het St.-Jamespark, tot Karel I, die vóór het slot onthoofd werd, en ook later nog de residentie der koningen; het Kensingtonpaleis, vroeger de residentie van den hertog en de hertogin van Kent, de ouders van koningin Victoria, die hier geboren werd; Marlborough House, de residentie van den prins en de prinses van Wales, eens de woning van den beroemden hertog van Marlborough.

Twintig kilometer ten westen van Londen ligt Windsor, beroemd om zijn op een verhevenheid gelegen koninklijk slot, dat door Willem den Veroveraar in de elfde eeuw werd gebouwd, en door Eduard III, die hier geboren werd, verbouwd. Ook Karel II deed veel voor de verfraaiing van het paleis, zoodat het sindsdien het lievelingsverblijf der Engelsche koningen en hun gewone zomer residentie is geweest, vooral van George III, voor wien hier een reusachtig standbeeld is opgericht. Groote sommen besteedde George IV aan de restauratie en verfraaiing van het slot.

Dit heeft een indrukwekkend, ouderwetsch voorkomen en twee hoofdpleinen, die door den zoogenaamden ronden toren, de woning van den commandant, van elkaar zijn gescheiden. Op het bovenplein bevindt zich een metalen standbeeld van Willem den Veroveraar, aan de noordzijde liggen de staatsie- en audiëntiezalen, aan de oostzijde de kamers der koningin, en naar het zuiden die der voornaamste

[p. 16]

kroonbeambten. Het benedenplein is merkwaardig om de St.-Georgekapel, waarin het kapittel der orde van den Kousenband wordt gehouden en de ridders in die orde worden opgenomen. De zalen en kamers van het slot zijn weelderig ingericht en bijna alle met kostbare schilderijen versierd. De merkwaardigste is de zestig meter lange St.-Georgezaal, de banketzaal bij feestelijke gelegenheden, getooid met de beeltenissen der Engelsche koningen van Jacobus I tot George IV. Zoolang leden der koninklijke familie in het slot aanwezig zijn, waait van den toren de groote Engelsche vlag. Het mooiste punt van Windsor-Castle is het groote, in zijn soort eenige terras, dat zich langs de oostelijke en een deel der noordelijke zijde van het kasteel uitstrekt, 570 meter lang en naar verhouding breed is. Het uitzicht op den Theems, die zich hier door de vruchtbaarste streken van Engeland slingert, op de vele landhuizen, vlekken en dorpen, die zijn oevers verlevendigen, op het woud van Windsor, dat bij wijze van park is aangelegd, en de tuinen in de nabijheid, is verrukkelijk.

balmoral-castle, de schotsche zomerresidentie van koningin victoria.

Bovendien ligt in het park nog de koninklijke villa Frogmore Lodge, die door prinses Helena, een van koningin Victoria's dochters, wordt bewoond. Na den dood van prins Albert werd bij Frogmore een prachtig mausoleum opgericht, waarin het stoffelijk overschot van den prins-gemaal, dat tot dusver in de St.-Georgekapel had gerust, werd bijgezet, en waar ook koningin Victoria den wensch had te kennen gegeven begraven te worden.

Niet minder bekend dan Windsor-Castle is Balmoral Castle, de Schotsche zomerresidentie der overleden vorstin. Het paleis ligt in een bergdal in het graafschap Aberdeen, 282 meter boven den waterspiegel der zee. De heerlijkheid Balmoral behoorde vroeger aan het hoofd van den clan Farquharson en ging van dezen op den graaf van Fife over, die ze in 1836 aan sir Robert Gordon, een broeder van lord Aberdeen, voor den tijd van 38 jaar verpachtte. Na den dood van sir Gordon, in 1848, nam de prins-gemaal het pachtcontract over en kocht in 1852 de heerlijkheid. Hij liet er den architect Smith te Aberdeen een kasteel bouwen, waarin hij jaarlijks met de koningin en de kinderen den nazomer doorbracht. Het slot is van graniet in oud-Schotschen-Gothischen stijl gebouwd en staat aan den oever der Dee. Van een twee en dertig meter hoogen toren heeft men een prachtig uitzicht op de Schotsche Hooglanden. In de nabijheid van Balmoral ligt de Ben Abourd, een der toppen van het Grampiangebergte, in welks nabijheid koningin Victoria in 1863 een gedenkteeken heeft laten oprichten voor haar overleden gemaal.

Op het eiland Wight ten slotte, dat Engelands tuin en de korenschuur der westelijke graafschappen wordt genoemd, ligt het landgoed Osborne-House, waar de koningin aan de zijde van prins Albert de gelukkigste dagen haars levens doorbracht en waar zij ook, door kinderen en kleinkinderen omgeven, den laatsten adem heeft uitgeblazen.

Geleidelijk dalen de met bosschen bedekte oevers naar de zee af, en op een open plek in het woud staat het koninklijk slot, ver zichtbaar over de zee tot de slechts zes mijlen verwijderde krijtrotsen der Engelsche kust. Alles in het slot en het park herinnert, evenals op Balmoral, aan het jeugdig echtelijk geluk der koningin. Naar de plannen en den smaak van den prins gemaal werd gebouwd, werden de kamers ingericht, werden de kunstschatten en kostbaarheden verzameld, die nu de vertrekken en zalen sieren.

In het uitgestrekte park staan de boomen, die de koningin, de prins-gemaal, de jonge kinderen en de doorluchtige gasten geplant hebben, en in de lente bloeien reeds de bloembedden, zooals zij naar het voorschrift en de teekeningen van prins Albert werden aangelegd. De kerk van Wippingham, het naburige dorp, is naar een ontwerp van prins Albert gebouwd, en in die kerk heeft de koningin na den dood van haar gemaal een medaljonportret van hem, en na den dood van haar jongsten schoonzoon, prins Hendrik van Battenburg, een kapel tot aandenken aan de dooden laten plaatsen.

OSBORNE-HOUSE OP HET EILAND WIGHT,
waar Koningin Victoria den 22n Jan. jl. overleed.

Aan Osborne is, behalve het overlijden van koningin Victoria, nog een geschiedkundige herinnering verbonden: bij een ontmoeting van de Engelsche koningin met keizer Napoleon III in Augustus 1857 werd op Osborne House het Engelsch-Fransche bondgenootschap, dat pas den te zamen gelukkig gevoerden Krimoorlog achter den rug had, vernieuwd.