De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 17

Bij de Platen.

Een brief naar huis. -

Het schijnt voor onzen scheepsjongen een zware taak te zijn, een behoorlijken brief naar huis te schrijven. Het is blijkbaar de eerste reis, die hij maakt, en de eerste maal, dat hij verplicht is, zijn gedachten en indrukken door middel van pen en papier aan zijn ouders kenbaar te maken. De meesten weten allicht bij ondervinding, dat zoo'n eerste brief veel inspanning kost en kunnen zich gemakkelijk in het geval van den jeugdigen varensgast verplaatsen. En al vindt deze in de drie oude zeerobben welmeenende en belangstellende helpers, toch is het nog de vraag, of zij zijn taak niet eerder verzwaren dan verlichten, en kan het best zijn, dat de jonge Janmaat, aan zich zelf overgelaten, vlugger en beter zou opschieten, dan nu hij van verschillende kanten wenken en raadgevingen krijgt, hoe hij zijn epistel moet inrichten en wat hij toch vooral niet vergeten moet.

Is het onderwerp aantrekkelijk, de behandeling is uitstekend geslaagd. Zie dat gladde jongensgezicht naast de gerimpelde, verweerde en baardige gezichten der bejaarde zeelui, maar belet vooral het verrassende lichteffect der lantaarns, en de juistheid, waarmee de licht- en donkerpartijen zijn behandeld.

een aardig zevental, naar de schilderij van a. weczerzick.

Vertrek van de Alm. -

Alm of Alp heeten in Zwitserland, Tirol en Beieren de bergweiden, met gras en verschillende kruiden begroeid, waar het vee een groot gedeelte van de lente en den zomer doorbrengt. Deze bergweiden worden naar haar ligging onderscheiden in Voor-Alpen, die niet hooger dan 1000 meter boven den spiegel der zee liggen en waar ook hooi gewonnen wordt, Middel-Alpen van 1000 tot 1750 meter, en Hoog-Alpen, die een hoogte van 2500 meter en meer bereiken. Alpen van grooten omvang worden in verscheidene weidevelden gesplitst.

Met het oog op den tijd, dat er gebruik van wordt gemaakt, worden de Almen in drie klassen verdeeld: Op de eerste graast het vee tot einde Mei of begin Juni, zoodra de sneeuw gesmolten is, vier weken later op de middelste en einde Juli of begin Augustus op de hoogst gelegene. Op dezelfde wijze gaat men weer naar beneden, zoodat de geheele weidetijd 17 tot 21 weken bedraagt.

Het gaan naar en het komen van de Almen geeft in de meeste streken aanleiding tot feestelijkheden, en op onze gravure, die zulk een vertrek van de Alm voorstelt, ziet men de horens der koeien met bloemen en planten getooid.

Een aardig zevental. -

Poesjes vormen altijd een dankbaar onderwerp voor een schilder of schilderes, en mevrouw Henriette Ronner ten onzent heeft door haar poesjes een groote en welverdiende vermaardheid verworven.

Ook de Poolsche schilder Weczerzick, van wien onze lezers reeds meermalen goed werk onder de oogen genad hebben, legt in het schilderen van katjes groote virtuositeit aan den dag. Zijn zevental op deze bladzijde met hun aardige snoetjes, de glinsterende kralen-oogen, de hoog opgestoken ooren en de rijzig-fluweelen vacht, is bepaald een meesterstukje in zijn soort en kan ongetwijfeld op de belangstelling van al onze lezers rekenen.