De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 17

Bij de Platen.

Het kasteel Hohenwerfen in Pongau. -

Het dal van de Salzach of Salza in het Oostenrijksche hertogdom Salzburg draagt den naam van Pinzgau. In het zuiden wordt het door de hooge keten van het Tauerngebergte met steile rotswanden, in het noorden door zacht glooiende heuvels omgeven. Dit dal is rijk aan bosschen, heeft een uitmuntenden veestapel en bezit verder goud-, zilver-, koper- en ijzermijnen. Het zuidelijkste gedeelte van het dal wordt Pongau genoemd en bestaat uit een ketelvormig bekken, dat tot 900 meter breed is. Hierin ligt het kasteel Hohenwerfen, waarvan de eerste gravure in dit nummer een fraaie afbeelding geeft. Verrassend mooi is de helle blankheid van het statige, massieve gebouw, als een streep van licht afstekend tegen de donkere massa, die het omgeeft, en den geweldigen rotsmuur, die één reusachtige blok graniet lijkt.

Het nieuwe hoofdaltaar der kerk te Stratum. -

Door de goede zorgen van den zeereerwaarden pastoor Dijkmans, is de kerk te Stratum verrijkt met een eikenhouten hoogaltaar, dat een waar sieraad voor het kerkgebouw is en een gunstig getuigenis aflegt van de kunstvaardigheid des makers, den beeldhouwer Jan Custers te Stratum, een leerling der St.-Lucasschool te Gent.

Boven het tabernakel in verguld koper, afkomstig uit de bekende ateliers van christelijke kunst des heeren H. van Gardinge te Eindhoven, ziet men de indrukwekkende groep van den Christus aan het kruis, aan welks voet Zijn Heilige Moeder, de H. Johannes en de H. Maria Magdalena.

Rechts van den expositietroon is het Paaschlam der Joden afgebeeld met de figuren van Mozes en Aaron, waarboven een voorstelling van de verwachting der oudvaders met de beelden van Adam en Eva, Abraham en Isaac, Noach, Mozes en Aaron met de vier groote profeten, - dit alles bekroond door een beeld van den H. Rochus.

Links vindt men een afbeelding van het laatste Avondmaal, waarboven de Christus, die Zijn apostelen uitzendt tot bekeering der wereld, - en als bekroning St. Joris, de patroon der parochie, in zijn zegevierenden strijd tegen den draak.

Het werk looft den meester, - dit geldt stellig ook van het Stratumsch hoofdaltaar, dat als een fraai specimen van kerkelijke beeldhouwkunst mag geprezen worden.

Zou hij er aan komen? -

Deze vraag stelt zich in duizend angsten de kleine baas die met beide armen zijn schat omklemd houdt en bevreesde blikken werpt in de richting van den haveloozen jongen, die van zijn kant met groote, begeerige oogen de lekkere vruchten begluurt.

Tot zoover onze gravure. Wat het slot zal zijn van dit interessante en met pakkende realiteit weergegeven geval? Misschien wel een transactie in dezer voege, dat de groote bengel voor een handvol kersen van alle snoode plannen afziet. Neemt de kleine daar geen genoegen mee, dan is het te vreezen, dat hij alles zal moeten afstaan.