De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 15
(1898)– [tijdschrift] Nieuwe Belgische Illustratie, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermdOorlogsschepen,
| |
[pagina 151]
| |
melijk een zeer beangstigend gevoel mij bekroop en een rilling mij door de leden voer en de oogen deed sluiten, toen ik zag hoe een betrekkelijk kleine ronde houtzaag, met bliksemsnelheid ronddraaiend, zich een weg baande door het hout, dat voorzichtig door een werkman der zaag werd voorgehouden. Ieder oogenblik was ik bevreesd, dat te gelijk met het hout ook de handen van den werkman zouden worden geraakt en.... afgesneden en ik was hartelijk blij uit die werkplaats weer in de open lucht te komen om de Scheepshellingen in oogenschouw te nemen. Op de 120 M. lange scheepshelling stond het zusterschip van de Friesland, de Gelderland, op stapel, en waren honderden werklieden bezig met klinken, (echter niet met gevulde glazen!) hameren, branden enz. Onder en langs de helling heen wandelend, dwingt de omvang van den stalen romp onzen eerbied, en de zorgvuldigheid, waarmede wordt gewerkt, onze bewondering af. Boven op de stelling geklommen, met een verrukkelijk uitzicht over de Maasrivier, was het mogelijk van nabij het pantserdek - 5 cM. dik - te beschouwen, dat 1 Meter onder de waterlijn beginnend, zich als een gewelfd ondoordringbaar koepeldak over het geheele schip uitstrekt en machines, munitie-bewaarplaatsen enz. een veilige beschutting verleent. Door de verschillende in aanbouw zijnde dekken van de Gelderland, kon men den ondersten bodem van het schip zien, een ontzettende diepte, die den ongewonen bezoeker dreigt duizelig te maken en eerder dan hem lief is, den beganen grond te doen bereiken. Gelukkig kwam ik echter op de gewone wijze, (d.i. op de voeten) beneden. Behalve de scheepshelling van 120 M. bestaat er nog een van 90 M., terwijl er een derde van 130 M. zal worden gebouwd. Naar de machinewerkplaats ons begevende, kwamen wij voorbij de groote stoomkraan, een inderdaad ‘kranige’ machine, welke gereed is om vrachtjes van zestig ton in de hoogte te heffen. Hoewel niet de ontzaglijke stoomkraan van 150 ton te Hamburg, waarvan de feuilletonnist in de Tijd gewaagt, is het gewicht dat door Feyenoord's kraan kan worden opgeheven, ontzettend. Zestigduizend kilo wordt opgebeurd, alsof 't zoo maar niets is! Alle kruiers van Amsterdam te samen zouden in uren niet kunnen verrichten, wat deze stoomkraan (de grootste van Rotterdam en DUS ook van Nederland) gehoorzamend aan den vingerdruk van één persoon, in ettelijke seconden verricht. De kettingen zijn dan ook ontzaglijk, de balken reusachtig, de fundeering buitengewoon zwaar en diep. Van de machine-werkplaats onthoud ik alleen de stoomboorbank, welke gaten van verschillende afmetingen in het zwaarste ijzer kan boren; en van de stelplaats de loopkraan, welke naar alle kanten van het gebouw kan worden gevoerd over rails, welke aan de zoldering zijn bevestigd, en platen en balken van 10.000 kilo kunnen opheffen en brengen waar 't noodig is. Een vluchtig bezoek brachten wij daarna aan de sombere gieterij, waar het ruwe ijzer wordt gesmolten en dan alle vormen en gedaanten aanneemt, welke de koning der schepping er aan geven wil. Levendig werd ik hier herinnerd aan de uitgebreide etablissementen van Cockeril te Seraing, welke ik voor eenige jaren met mijn vriend St.. bezichtigd hadGa naar voetnoot1). Dààr zagen we het gesmolten wit gloeiende ijzer - waarvan de ondraaglijke hitte op een afstand zich reeds deed gevoelen - door forsche werkers, slechts van de hoogst noodige kleeding voorzien, in de vormen gieten; dààr zagen wij ook het zg. trekken van de spoorrails, als een zwaar blok gloeiend ijzer in zeer korten tijd, door het geweldig persen der wals, in lengte werd verdrievoudigd, totdat het blok, nadat dit proces eenige malen herhaald was, in een rail van kolossale lengte was hervormd! Dan werd die rail gebracht voor een reuzenwiel, dat met bliksemsnelheid ronddraaiend, onder een oorverdoovend leven, een sissend geraas, een vuurwerk van rondspattende vonken, op de juiste maat de rail doorsneed, in korter tijd dan noodig is om een bladzijde der Illustratie open te snijden. Kan de fabriek te Seraing bogen op het maken van spoorrails, Feyenoord's fabriek kan zich beroemen te bezitten de grootste KLINKMACHIEN der wereld. Hoe u te beschrijven dit wonderwerk van den menschelijken geest, dat met alle beschrijving spot; hoe te gewagen van de vreeselijke kracht, die in u huist, van de - laat ik zeggen - tergende kalmte, waarmede gij de meest onmogelijk schijnende taak volvoert, in stille waardigheid, zonder inspanning, zonder luidruchtigheid, in schrille tegenstelling met al het leven dat u omringt! Stellen wij ons voor twee ijzeren platen, welke aan of op elkander bevestigd moeten worden. Door de van te voren geboorde gaten, wordt de klinknagel van respectabelen omvang gestoken en het einde, dat aan de andere zijde uitkomt, wordt door de eenvoudige drukkende aanraking van de klinkmachien onbreekbaar vastgeklonken met een drukkingskracht van 200 ton, wat dezelfde uitwerking heeft als werd er een gewicht op gezet van tweehonderd duizend kilogram. Mijn laatste bezoek gold de Grofsmederij, waarvan de geweldige stoomhamers de grootste merkwaardigheid uitmaken, welke op het te beuken ijzer met onweerstaanbare kracht neerkomend, met één enkelen slag lang maken wat kort, breed wat smal, ‘recht wat krom is.’ Ons bezoek aan het etablissement is hiermee geëindigd. Hoewel in de open lucht, meenen wij nòg den grond te voelen dreunen onder het geweldig beuken der stoomhamers, nòg het geraas en rumoer der werkplaatsen te hooren, dat het trommelvlies dreigt te scheuren, en den uitgang genaderd, meer dan voldaan over het heerlijke en leerrijke, dat we hebben genoten, neem ik met een dankbaren handdruk afscheid van mijn geduldigen, vriendelijken begeleider en met een ‘tot weerziens’ neem ik thans afscheid van mijn geduldigen lezer. |
|