De onderteekening van het verdrag te Nymphenburg. -
Nymphenburg, ongeveer een uur van Munchen gelegen en door een stoomtram met de Beiersche hoofdstad verbonden, is voor Beieren wat Peterhof voor Rusland en Versailles voor Frankrijk is. Gelijk de meeste dier vorstelijke lustverblijven, is het met zijn parken en vijvers geheel naar het model van Versailles aangelegd. De bouw werd in 1683 begonnen onder den pronklievenden keurvorst Ferdinand Maria en onder zijn zoon en opvolger Maximiliaan II Emmanuel ten einde gebracht.
kerk, pastorie en school te larantoeka. Naar de teekening van een inlandschen schooljongen.
Ook de bijgebouwen, later door Max Emmanuels opvolgers, Karel Albrecht en Maximiliaan III opgetrokken, zijn in denzelfden met mythologische sieraden overladen bouwtrant van het oorspronkelijke gehouden.
Onder keurvorst Karel Albrecht nu had het tooneel plaats, door onze gravure afgebeeld. Toen namelijk in 1740 keizer Karel VI stierf en zijn dochter Maria Theresia zich van alle zijden besprongen zag van pretendenten, die haar de erfopvolging in de Oostenrijksche landen betwistten, deed ook de Beiersche keurvorst zijn aanspraak daarop gelden. Hij grondde die op zijn huwelijk met Maria Theresia's nicht Maria Amalia van Oostenrijk, de dochter van Jozef I.
De keurvorst liet zich in zijn buitenlandsche politiek geheel leiden door het Fransche hof, dat van ouds Oostenrijk vijandig gezind was. Wel had de Fransche vriendschap zijn vader Max Emmanuel allesbehalve geluk aangebracht, maar de keurvorst meende er toch een krachtigen steun in te zullen vinden bij zijn plannen tegenover Oostenrijk. Al spoedig verscheen de Fransche maarschalk Belle-Isle te Munchen om hem geld en troepen aan te bieden, ten einde zijn aanspraken op de Oostenrijksche erflanden te ondersteunen.
Dat kwam den keurvorst hoogst gelegen en hij wenschte niets vuriger dan zich deze welkome hulp door een formeel verdrag te verzekeren. Den 18en Mei 1741 waren de eveneens Franschgezinde raadslieden van den keurvorst met hem en den maarschalk in de conferentiezaal te Nymphenburg vergaderd om het verbond tusschen Beieren en Frankrijk tot stand te brengen. Alleen de slimme en voorzichtige kanselier van den keurvorst Unertl was er met list buitengehouden, omdat men vreesde dat hij tegen het bondgenootschap bedenkingen zou opperen.
Toen nu in de goed gesloten en bewaakte zaal het verdrag onderteekend zou worden, verscheen plotseling Unertl, buiten op een ladder staande, voor een der vensters, stiet een ruit in en riep zijn meester waarschuwend toe: ‘Onderteeken niet, Uwe Doorluchtigheid! Denk aan uw vader, vertrouw de Franschen niet!’
Op de waarschuwing van den kanselier werd helaas geen acht geslagen en de noodlottige pennestreek door den keurvorst gezet. Deze onderwierp met de hulp van een Fransch leger geheel Opper-Oostenrijk, liet zich na de inneming van Praag als koning van Bohemen huldigen en werd den 24en Januari 1742, onder de bescherming van Frankrijk, zelfs als Karel VII tot Duitsch keizer verkozen.
Maar gelijktijdig werd heel Beieren, met uitzondering alleen van Ingolstadt, Straubing en Landshut door de Oostenrijkers bezet, en nauwelijks was Karel Albrecht naar Munchen teruggekeerd of hij stierf den 20en Januari 1745, waarop zijn zoon en opvolger Maximiliaan III Joseph bij het verdrag te Füssen van alle aanspraken op het Oostenrijksche gebied afzag.