Bij de Platen.
De reuzenklok der kerk van 't H. Hart. -
Nu de kerk van het H. Hart te Montmartre, waarvan de Illustratie naar gelang men met den bouw vorderde telkens afbeeldingen gegeven heeft, voltooid is, heeft zij de reuzenklok ontvangen, een geschenk van Savoye, dat haar zijn naam gaf en ze de Savoyarde doopte.
In minder dan een jaar tijds brachten de geloovigen der bisdommen Chambéry en Annecy de 65 550 franks bijeen, welke noodig waren voor de klok, die in de werkplaatsen den gebroeders Paccard te Annecy gegoten is. In 1891 werd met het gieten der monsterklok begonnen; in het begin van October 1895 was zij voltooid en zou naar Parijs worden overgebracht, om haar zware tonen ver over de wereldstad te laten weerklinken.
Doch het was geen gemakkelijk werk, deze ontzaglijke klok, drie en een halven meter hoog en bijna even breed, met een gewicht van omtrent 20.000 kilogram, te vervoeren. Uit de werkplaatsen der gebroeders Paccard werd zij op een wagen met lage breede wielen, getrokken door elf paar ossen en drie paarden, naar het station van Annecy overgebracht. Duizenden hadden zich langs den weg geschaard, om van dit zeldzame schouwspel getuige te zijn. Langzaam, majesteus bewoog zich het voertuig voort, terwijl het brons der klok schitterde met den witten glans van zilver. Onze gravure op de laatste pagina veroorlooft een blik op den stoet, met de bevolking van Savoye ter zijde, die een afscheidsgroet komt brengen aan de klok, die zij met trots als de hare beschouwt.
Tien dagen bracht nu de klok op een platten waggon door, vóór ze Parijs bereikte. Hier werd ze met een stoomkraan op haar laatste voertuig geplaatst, een vrachtwagen, die in staat was 30.000 kilogram te torsen. De eerw. pater Besson van de Oblaten en de gieter der klok, de heer Paccard, namen een langen balk op en deden, te midden der toejuichingen van het saamgestroomde volk, het eerst te Parijs de zware contra-ut der Savoyarde weerklinken.
Om vier uur in den morgen begon de tocht naar Montmartre. Acht en twintig paarden werden voor den wagen gespannen, terwijl een honderdtal werklieden, met toortsen en lantaarns voorzien, den wagen en de lange rij van paarden en voerlui omgaven. In galop werden eenige honderden meters afgelegd, daarna rustte men een paar minuten om uit te blazen en den tocht te hervatten. Een onafzienbare menigte van menschen, onder wie een aantal priesters uit de Savoysche bisdommen en van het H. Hart van Montmartre, vergezelde den fastastischen stoet.
Om ruim zes uur kwam de Savoyarde op Montmartre aan, waar men, zooals onze gravure op de eerste bladzijde te zien geeft, onmiddellijk aan het werk toog, om de reuzenklok een plaats te geven op haar voorloopige bestemming, in afwachting dat de klokketoren voltooid zal zijn, die ze zal herbergen.
Hoewel de plechtigheid van den doop der Savoyarde is uitgesteld tot na den terugkeer van kardinaal Richard, aartsbisschop van Parijs, uit Rome, heeft ze haar naam reeds ontvangen. Op den eenen kant der klok staat: Francoise Marguerite du Sacré-Coeur de Jésus, naar de voornamen van kardinaal Richard, en den naam van haar peter, Mgr. François de Sales Albert Leuillieux, aartsbisschop van Chambéry. Daar deze evenwel middelerwijl overleden is, zal de nieuwe aartsbisschop van Chambéry, Mgr. Hautin, bij den doop der Savoyarde tegenwoordig zijn.
vertrek uit annecy, van de ‘savoyarde,’ bestemd voor de kerk van het h. hart.
Inmiddels heeft zij haar machtig geluid reeds ver in den omtrek laten weergalmen, en Parijs, dat tot dusver op weinig of geen groote klokken kon roemen, bezit thans de grootste klok van Frankrijk. Men zegt dat zij ruimte genoeg biedt om vijf en dertig personen onder zich te bergen.