De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 10



[pagina 201]
Afgewezen. De koningstelg uit Davids stam Door de Drieëenheid uitverkoren Tot voedstervader van het Lam, - Dat uit den schoot des Vaders kwam, En straks als Godmensch wordt geboren Uit 's Heil'gen Geestes reine Bruid Gods wonderstuk, lang voorbeduid, - Vraagt voor die Vrouwe, nooit volprezen, Een rustplaats, maar wordt afgewezen. ‘Omdat er voor hen geen plaats was in de herberg.’ Luc. 2: 7. En toch, die Vrouw draagt in haar schoot Den Heer des hemels en der aarde, Den Zegepraler van den dood, Die ons komt redden uit den nood, Den kelk des lijdens vrij aanvaardde En 't Hemelhof weer openstelt En ons de ‘blijde Boodschap’ meldt En ons wil troosten en genezen, En.... Jozefs bee wordt afgewezen. Vergeefs ook smeekt de teedre Maagd. Ontgaat het u dan, wreede lieden, Wie hier een onderkomen vraagt, En hoe het dra in 't Oosten daagt En wat er heilrijks zal geschieden In dezen wondervollen nacht, Door heel het menschdom lang verwacht En door profeten hoog geprezen? Helaas! de Maagd wordt afgewezen. O Godmensch! neen Gij wreekt U niet, Als Gij in 't kribje op dorre halmen Ons heel Uw schat van liefde biedt En later al Uw bloed vergiet Op Golgotha, waar vloeken galmen Ten Hemel heen, die opengaat Om Uwe bloedige offerdaad; O God, wees duizendmaal geprezen! Gij hebt den mensch niet afgewezen. Gymnacium Katwijk. H. ermann, s.j