Bij de Platen.
Christophorus. -
Oude lezers onzer Illustratie zullen zich bij den aanblik dezer fraaie gravure ongetwijfeld den Sint Christophorus herinneren, dien wij in 1880 gaven bij gelegenheid van den watersnood. Het was een penteekening van den glasschilder Geuer en Dr. Schaepman gaf bij die gelegenheid een nieuwe dichterlijke lezing van de aloude Christophorus-legende:
Verhaalt van Christofoor,
Trok heel de wereld door;
Een koning moest hij vinden,
Een koning sterk van hand,
En in breede trekken werd aldus het verbaal vervolgd: hoe de reus, geen koning kunnende vinden, die waardig was door hem gediend te worden, zich een kluis bouwde aan den oever van den stroom en zich belastte met het overdragen van degenen die er over wilden; hoe hij dien dienst eenmaal bewees aan een klein kindje, aanvankelijk een lichte last, maar die den reus ten slotte met verpletterende zwaarte drukte.
‘Gij kunt de wereld dragen,
Den Heer der wereld niet...’
kasteel te hillegersberg.
sprak het kindje:
‘Ik ben de Zoon des Vaders
En de reus, die van dit oogenblik Christophorus, dat is Christusdrager heeten zou, herkende in dat kindje den koning sterk en groot, dien hij tevergeefs gezocht had en dien hij voortaan alleen wilde dienen.
Die treffende legende zien we hier opnieuw in beeld gebracht, en dat niet in de strenge lijnen van een gothieke glasraamteekening, maar in de meest realistische voorstelling. Wij zien den forschen reus, met gespierden arm het kindje torsend en den anderen arm op zijn staf geleund, tegen den fellen stroom worstelen, niet begrijpend hoe die lichte last hem zoo onduldbaar zwaar kan vallen. En zoo neemt wat oorspronkelijk eenvoudig als symboliek bedoeld was, langzamerhand den concreten vorm der volle werkelijkheid aan; want de Christophorus-legende dankt haar bestaan naar alle waarschijnlijkheid alleen aan de eigenaardige voorstelling van den heilige.
In de oude martelaarsboeken, die Christophorus vermelden als een martelaar uit de derde eeuw, komt niets voor van hetgeen de legende verhaalt. Het algemeen gevoelen is, dat hij den marteldood onderging in Lycië en dat zijn reliquieën, eerst naar Toledo overgebracht, later bewaard werden in de beroemde abdij van St. Denis in Frankrijk. Wat den naam van Christophorus aangaat, men vermoedt dat, evenals de H. Ignatius van Antiochië den bijnaam Theopliorus (drager Gods) aannam om zijn liefde tot God uit te drukken, ook deze martelaar zich om dezelfde reden Christophorus liet noemen.
Maar de naam werd oorzaak, dat men hem voorstelde met het kind Jesus op de schouders en dit dragende door een onstuimigen vloed. Dit was louter allegorie en, naar Baronius opmerkt, een zinspeling op den naam van Christophorus en op den onstuimigen maalstroom der wereld, dien de geloovigen moeten doorworstelen om de haven des heils te bereiken. In de middeleeuwen werd de H. Christophorus vooral aangeroepen als patroon tegen een schielijken dood; overal verrezen de beelden te zijner eer en opdat het volk die van verre zien kon, werden ze in bijzonder groote afmetingen uitgevoerd. Zoo ziet men nog een reusachtige afbeelding van den heilige op een der vensters geschilderd van de kathedraal te Straatsburg. Tot in 1531 prijkte in diezelfde kerk een beeld van Sint Christophorus ter hoogte van 36 voet.
De St.-Christoffelkerk te Roermond droeg, zooals men weet, een kolossaal metalen beeld van haar patroon op den toren, tot dit bij den jongsten noodlottigen brand te pletter viel. Zoo kunnen nog tal van oude kerken op reusachtige St-Christoffelbeelden wijzen, zoodat Dr. Schaepman met recht zingen kon:
Nu prijkt reeds eeuw aan eeuwe
Aan de eerste zuil ter linker
De reuze groot en sterk..
De geweldige afmetingen dier beelden gevoegd bij de voorstelling van het Kindje Jesus op den schouder van den reus gaven van zelf aanleiding tot het onstaan van een verhaal: het volk vroeg natuurlijk een verklaring van de vreemde verschijning, die sterk tot zijn verbeelding spreken moest en de vrome volkspoëzie der middeleeuwen dichtte de liefelijke legende. Uit den oorspronkelijk Oosterschen martelaar der derde eeuw groeide een geheel andere middeleeuwsche heilige.