De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 9(1892-1893)– [tijdschrift] Nieuwe Belgische Illustratie, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende Het laatste zonnetje. ‘Zoo jong nog, en reeds sterven! - Heer, 'k Zou gaarne nog wat leven; Maar 'k geef gewillig aan U weer, Wat Gij mij hebt gegeven.’ ‘Mijn dierbren, ja 'k wil sterven gaan In d'opgang mijner dagen. Ach, ziet mij niet zoo treurig aan. Aanbidt Gods welbehagen.’ - Zoo mijmert hij den ganschen nacht, Den laatsten van zijn leven; Waarna hij blij ten offer bracht Wat God hem had gegeven. Al stiller wordt zijn stervenszucht En zwakker 't ademhalen, Tot eindelijk het duister vlucht Voor de eerste zonnestralen. ‘Nu ga ik sterven!’ - murmelt hij - ‘Reeds zie 'k het licht verflauwen, Maar 'k wensch - och schuif 't gordijn op zij - Nog eens de zon te aanschouwen!’ Daar straalt de zon in lentedos Aan de onbewolkte transen.... En doet voor 't laatst met lichten blos De bleeke wangen glanzen. Dan sluit hij zacht zijn oogen dicht, Ten afscheid van het leven, Om naar het eeuwig zonnelicht Der Godheid op te zweven! M.E. Vorige Volgende