De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 9

[p. 241]

[Nummer 31]

Op het Gouden Bisschopsfeest
Van onzen
Heiligen Vader Leo XIII.

Weer rijst in hooger schitterglans
Het hemellicht aan 's werelds trans,
Bestralend uit het duister zwerk
Het wijd gebied van Christus' Kerk,
Nu Leo's hoogverheerlijkt beeld
De gouden gloriegloed omspeelt,
Door 't Herderambt van vijftig jaar
Geworpen over 't zilvren haar.

Nu breng hier gulden palmen aan
En onverwelkbre lauwerblaân,
O Christenvolk, dat Leo viert
Als Herder, die Gods Kerk bestiert,
Als Leeraar, wiens gewijde mond
Gods eeuwge waarheid ons verkondt,
Die pal staat op de Petrus-rots,
Onfeilbre Stedehouder Gods.

Hem voegt de palm der zegepraal,
Die niet met macht van klettrend staal,
Maar 't zwaard des geestes triomfeert.
Hem moet de lauwertak vereerd,
Den strijder voor het heilig recht,
Voor vrede en volksheil weggelegd.
Hem moet de hulde en dank gebracht
Van tijdgenoot en nageslacht.

O Leo, meer dan lauwerblaân
En palmen biedt Gods volk U aan.
Uit millioenen harten rijst,
Met d' eerzang, die uw grootheid prijst,
De beê van liefde en dank omhoog,
Die uit des hemels blauwen boog
Een milden dauw van zegen trekt
Op U, die de aard tot Vader strekt.

J.R van der Lans.

[p. 242]