Wetenswaardig Allerlei.
Het steken van bijen en wespen. -
Nu we in het hartje van den zomer zijn en bijen en wespen in overvloed voorhanden zijn, heeft het misschien zijn nut, er door eenige voorbeelden op te wijzen, dat niet enkel de steken van wespen, maar ook die van bijen zeer gevaarlijk kunnen zijn en reeds menig menschenleven hebben geëischt.
Eenigen tijd geleden werd een stevige jonge boer in een gehucht van Lozère, die bezig was bijenkorven in zijn tuin te verzetten, door een bij gestoken. Weldra werd zijn toestand onrustbarend, zoodat zijn familie den dokter liet roepen Deze was afwezig en toen hij na eenigen tijd kwam was de man dood.
Te Bongival werd een kind van zeven jaar, van een krachtig gestel, door een bij aan de slaap gestoken: bijna oogenblikkelijk werden zijn trekken akelig verwrongen, zijn lichaam met klam zweet bedekt en een uur later was het dood.
In het graafschap Chester werd zekere George Grevalli, een krachtige en gezonde jonge man, door een bij in de wang gestoken. Daar hij zijn krachten voelde afnemen, ging hij naar bed, viel in bezwijming en stierf reeds na een kwartier.
Een rijke pachter in het graafschap Berckx, Henri Stizal geheeten, bezweek na vier en twintig uren van vreeselijke pijnen en nuttelooze zorgen, ten gevolge van de steek eener kleine bij.
Te Busgyau in Hongarije werd een jonge herder, vol kracht en gezondheid, door een bij die hij woedend gemaakt had, door met steenen tegen haar korf te werpen, in den hals gestoken. Men zocht, men vond, men haalde den angel uit, men verpleegde hem zoo zorgvuldig mogelijk. Alles tevergeefs; na verloop van tien minuten waggelde de jonge man, stamelde een paar woorden en viel dood neer.
In weerwil van deze gevallen - die bij de bij veel zeldzamer zijn dan bij de wesp - moet men dit nijvere insect niet als een vergiftiger van beroep beschouwen. De natuur heeft den angel niet geschonken om den dood te geven maar om was en honing te garen en den mensch door haar vlijt en schranderheid tot voorbeeld te strekken.
Veel geduchter dan van de bij is de steek der wesp. In den arm, aan den hals, aan de hand, aan den vinger kan zij doodelijk zijn. De wetenschap heeft tal van voorbeelden daarvan opgeteekend.
Voor twee of drie jaar plukte een jonge dame van de hooge wereld te Parijs een abrikoos in haar tuin, bracht ze naar den mond en slaakte een kreet. In de vrucht was een wesp verborgen, die, woedend in haar maaltijd gestoord te worden, onmiddellijk opvloog en de jonge dame aan de keel stak. De keel zwol op en na twee uren van ongehoorde pijnen gaf het ongelukkige meisje den geest.
Een soortgelijk ongeluk gebeurde het vorig jaar te Beaumont, een dorp in Normandië, en onder bijzonder treurige omstandigheden Een bruilofsstoet begaf zich naar het gemeentehuis; alles was gereed, men wachtte nog enkel op een getuige, die zich wat verlaat had. Een kind kwam met een heerlijk korfje pas geplukte perziken voorbij; de bruid nam er een van, die haar toekomstige echtgenoot haar aanbood en slaakte een kreet van smart; een kleine wesp had haar aan het verhemelte gestoken. De geheele mond zwol vreeselijk op en een uur later was het jonge meisje dood.
In den afgeloopen herfst werd in een dorp der Pyreneeën, op twee mijlen van Tarbes, een flinke jongen van veertien jaar door een wesp gestoken. Hij kreeg de koorts, ijlde, wrerd op bed gelegd en was na veertig minuten een lijk. Voor twee jaar joeg een dame te Lyon, die door een wesp, welke rond haar gezicht fladderde, werd lastig gevallen, deze met haar zakdoek weg, ontving onmiddellijk een vinnigen steek en was ondanks de zorgvuldigste verpleging, binnen twee uur dood.
Dergelijke feiten zijn niet zeldzaam, de steek eener wesp kan even gevaarlijk zijn als de beet van een ratelslang. De slang is de trouwelooze dood, die zich schuil houdt, die vlucht, dien men uitdaagt; de wesp is de dood, die rondfladdert, die gonst, die zweeft en ten laatste onverhoeds haar giftigen angel in het menschelijk lichaam plant.