Bij de Platen.
Bij de manoeuvres. -
Als het er niet onder stond, zou men niet zeggen dat ons krijgshaftig tafereel enkel een spiegelgevecht verbeeldt. De vastberaden houding van den kloeken aanvoerder, die met uitgetogen sabel zijn manschappen op den vijand wijst, de oplettendheid, waarmee ze naar zijn bevelen luisteren, de zorg waarmee zij hun geweren richten, het strijdvuur, dat uit hun oogen straalt, dat alles brengt ons in den waan dat wij met een ernstig gevecht te doen hebben. Trouwens, het is den soldaten zoowel als hun wakkeren aanvoerder wezenlijk ernst; het geldt inderdaad de overwinning te behalen op den ‘vijand,’ al staat hier niets op het spel dan de eer van het regiment, zoodat het vaderland er even wel bij vaart, aan welke zijde ook de overwinning is.
Zóó opwekkend is het oorlogsspel voor de rechtgeaarde landsverdedigers dat zij in de hitte van den strijd zich soms stellig verbeelden dat het meenens is en zij verwoed op hun makkers inslaan, die op het oogenblik voor hen niet anders zijn dan de ‘vijand.’ Meermalen is het voorgekomen dat er bij de manoeuvres gewonden en zelfs dooden vielen, ja dat de aanvoerders de grootste moeite hadden, om de slaags geraakte troepen van elkander te scheiden. Ook de krijgers op o[n]ze gravure zouden tot dergelijke buitensporigheden in staat zijn; de kunstenaar, die ze ons aldus teekende, kon, dunkt ons, met succes zijn krachten aan de voorstelling van een wezenlijk gevecht beproeven.