De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 8
(1891-1892)– [tijdschrift] Nieuwe Belgische Illustratie, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermdDe St.-Joseph-stichting te Santa Rosa.
| |
[pagina 375]
| |
Op de linkerzijde vindt men het atelier, waarvan de tweede gravure een afbeelding geeft. Hoog boven alles verheft zich op een houten stellage de zichzelf regelende Amerikaansche windmolen. Het tienhoekige rad bestaat uit lange, smalle, dunne latjes, bij wijze van jaloezieën over elkander gebogen. Het trappen, draaien en schaven is onder deze keerkringshitte zoo goed als onmogelijk, inzonderheid van 's morgens 9 tot 's avonds 4 uur. Het boren, zagen, enz. moet dus machinaal geschieden; doch aan stoom is in dit land van dure steenkolen en nog duurder water geen denken. Daar waait echter voortdurend een fiksche passaatwind, die niet alleen de buitengewone hitte tempert, doch ook, zooals P. Frie getoond heeft, uitmuntend ten bate der industrie kan benuttigd worden. De wind van bezijden op de latten spelende, duwt op zulk een wijs de eenen achtereenvolgens op de anderen, dat het rad in beweging komt en in een oogwenk klapperend en snorrend omwentelt. Op zijn beurt wendt het de ontvangen kracht aan om een ander rad op de drijfwielen in het atelier te doen werken en aldus bij zaag-, boor- en schaaf-machines, draaibank en slijpsteen allen handenarbeid uit te sparen. Treden wij een oogenblik dit atelier binnen. Daar staan de verschillende toestellen voor ons. Het eerst valt ons op de Missionnarisdirecteur in het Dominicanerhabijt, zijn leerlingen de plannen afteekenende, waarnaar zij moeten werken. Wellicht is hij daar verdiept in het ontwerpen van een altaar, of van een communiebank, of een preekstoel, want hierop vooral - daar de geringe behoeften der negers geen ander werk verschaffen - legt hij zich met ijver toe, en de bestellingen van dit soort stroomen overvloedig toe, zoo van de kerkjes op de Hollandsche eilanden, als van Venezuela en de nabijgelegen Zuid-Amerikaansche kust. Zoo hij een beunhaas in het vak was, zouden de producten van dit atelier in zoo'n korten tijd zooveel naam niet gemaakt hebben. Ieder aan zijn machine, staan de jongens daar, afwerkende wat de leermeester hun voorteekende en opleî. Luchtig gekleed, in een frissche werkplaats, waardoor de passaatwind henen speelt, niets bovenmatig van hun spieren hoevende te vergen door den windmotor, arbeiden zij steeds vlijtig voort, door een liedje in het Papiementsch of den Rozenkrans het werk opvroolijkende of hoogere wijding gevende De eigenlijke bewoners van het St. Joseph Gesticht zijn het niet, maar toch allen van jongs aan door Pater Frie voor dezen arbeid opgeleid. Zij vonden, God lof! tevens in hem een redder van hun ziel. Hadden zij hier geen hart gevonden dat voor hen wilde zorgen, de werkwinkel in de hoofdstad, met al de hem eigen, besmette atmosfeer ware hun eenige toeverlaat geweest. Erger nog; wellicht had de behoefte hen naar het vasteland van Zuid-Amerika gedreven, waar èn hun geloof èn hun deugd in weinigen tijd schier onvermijdelijk schipbreuk geleden had. Zie die kloeke, gladde jonge mannen, geheel aandacht en liefhebberij voor hun bezigheid. Uit hun ingespannen trekken spreekt geest en kunde in het vak. Waarlijk, 't zou treurig zijn als zulke krachten gedoemd zouden moeten zijn in vadsige werkeloosheid zich daar voor den ingang van een ellendige hut, in de zon te liggen koesteren; laat staan, zich aan een wissen ondergang bloot te stellen in den vreemde.
De st.-joseph-stichting te santa rosa in haar oude gedaante.
De nieuwe stichting draagt den naam van den grooten Sint Joseph, en sinds eenige weken, kort na het opnemen dezer gravures, prijkt ook hoog in den gevel het fraai gemodeleerd steenen beeld van den Heilige.Ga naar voetnoot(1) Dat waarborgt. De voedstervader van den Heiland der wereld, meer vermogend in den hemel dan zijn naamgenoot in Egypte, zal. het dezen kleinen, welke zijn Zoon broeders noem, niet aan hunne luttele behoeften laten ontbreken; maar vele harten in het moederland bewegen zich het bitter lot dezer ouderloozen aan te trekken. De heilige Werkman van Nazareth zal ruimschoots 's hemels zegen doen afdalen op den arbeid zijner kinderen, om dien te adelen niet alleen en te verheffen, maar ook volgens de strengste eigenen van het vak te bekwamen. En niet het minst zal het verheven hoofd der heilige Familie, die in zijne woning steeds den geest van liefde, vrede en onderwerping zag leven, ook onder dit dak deze heerlijke gaarde doen bloeien en geuren, en den armen kleinen het familieleven terugschenken, dat de dood of de misdaad hun ontnam. Nijmegen, Mei '92. P. fr. Alb. Weijers, Ord.-Praed. |
|