|
| |
| |
| |
Wetenswaardig Allerlei.
De gevolgen van een drukfout. -
Er komt wel geen blad, tijdschrift of boek van de pers of er staan al of niet zinstorende drukfouten in, die ‘de scherpdnnige lezer’ zelf al ontdekt heeft en met den mantel der liefde bedekt. Niet vaak echter zal het gebeurd zijn, dat een drukfout iemand zoo noodlottig werd als dit onlangs een journalist te Findlay in den staat Ohio (Amerika) overkwam. De redacteur, Jeremias Smith geheeten, wijdde in zijn blad enkele regels aan den verjaardag van een voorname jonge dame uit die stad. Daarin werd gezegd, dat miss Arabelli Hood in den kring harer verwanten en vrienden haar 24 verjaardag op plechtige wijze had gevierd, en verder de jonge dame de hartelijkste gelukwenschen namens het blad aangeboden. Ongelukkig verwisselde de zetter de cijfers van haar leeftijd, d.i. hij maakte van de 24 een 42. Sedert het verschijnen van bedoeld nummer der courant heeft men den redacteur niet meer gezien en is men algemeen van meening, dat de arme man, uit vrees voor wraak, naar het Oosten der Vereenigde Staten is gevloden.
| |
Een aquarium te maken. -
Om een aquarium naar den eisch in te richten voorziet men den bodem met een laag aarde ter hoogte van 6 tot 10 cM. en zorgt dat deze uit twee gelijke deelenkleiaarde en zuiver rivierzand bestaat, terwijl een weinig turfaarde geen kwaad kan. Dit mengsel wordt gelijk matig uitgespreid en omtrent twee vingers hoog met zorgvuldig gezift grofkorrelig zand bedekt. Van met overleg en smaak aangebrachte tufsteenen kan men sierlijke rotspartijen maken, maar het is een vereischte, dat het cement, dat deze samenvoegt, kurkdroog is. Alle kloven en voegen in de steengroepen worden met leem aangevuld en met planten bezet. Bijzonder goed gedijen hier de inheeinsche waterplanten, waar men in het voorjaar gemakkelijk aan kan komen. Om het aquarium te vullen dient zacht water, liefst rivierwater, dat met den sma[l]len tuit van een kleinen gieter binnengelaten wordt. Het zeewier doet het aquarium geen nadeel, geeft veeleer het water een mooie, groenzige tint, behoudt het in goeden toestand en geeft aan veel visschen en slakken voedsel. Het spreekt van zelf, dat rottende plantendeelen zoo spoedig mogelijk verwijderd moeten worden. Indien een gedeeltelijke vernieuwing van het water noodig is, loost men dit door middel van een dunne elastieke buis en zorgt voor een behoorlijke temperatuur van het water dat men er bijgiet. Een zonnig plaatsje draagt tot het gedijen der planten veel bij. Wat de bevolking betreft, het aantal en de grootte der dieren is natuurlijk afhankelijk van het watergehalte in het aquarium.
| |
Alligatorteelt. -
In de laatste tien jaren zijn de alligators in Louisiana bijna uitgestorven, zoo groot was de vraag naar leer en olie dezer dieren, en zoo geliefd de jacht op die watermonsters. Te Bayon Mouis worden pogingen in het werk gesteld om door kunstniatige broeding en teeling de markt weer beter te voorzien. In Louisiana is nl. een groote vijver gegraven, waarin de jongen, zoodra zij uit de op een nabijzijnde zandbank gelegde eieren gekropen zijn, worden overgebracht en gevoederd. Ze worden zorgvuldig van de ouden verwijderd gebouden, daar deze hen anders zouden opvreten. Zoodra ze groot genoeg zijn worden ze gedood en hun de huid afgestroopt, waarvan laarzen, schoenen sigarenkokers, geldtasschen en tal van andere voorwerpen worden vervaardigd.
| |
Vroeger en nu. -
Bij onze moderne Europeesche oorlogen zijn wij gewoon met zoo ontzaglijke cijfers te rekenen, dat het niet onaardig is. eens na te gaan, hoe groot de sterkte was der legers, die in vroegere eeuwen vijandig tegenover elkander stonden. De machtigste ve[r]overaar uit de oudheid, Alexander de Groote, onderwierp met een leger van slechts 40.000 man bijna de geheele toenmaals bekende wereld. Met nog niet zooveel strijders beoorloogde de bekende Romeinsche veldheer Quintilius Varus de Germanen in het Teutoburger woud, en in den regel bedroeg de gewone getalsterkte der Romeinsche legers niet meer dan vier legioenen, die te zamen uit 18.000 tot 24.000 man bestonden. Oneindig veel sterker waren daarentegen de christen legers tijdens de kruistochten en Godfried van Bouillon voerde niet minder dan 700.000 man tegen de ongeloovigen aan. In den zevenjarigen oorlog (1756-63) stonden 1.200.000 soldaten tegenover elkaar en op het slagvekl van Leipzig streden meer dan anderhalf millioen man. In den oorlog van 1866 en in dien van 1870-71 waren in het geheel 2 millioen soldaten onder de wapenen, de grootste krijgsmacht, die de wereld ooit gezien heeft.
een aardig sprookje.
| |
Wielrijden achter de kachel. -
Voor wielrijders, die ook in den winter of bij slecht weer hun beenspieren door het getrappel der machine wenschen te sterken, is een toestel uitgedacht, dat hen daartoe in staat stelt, zonder hun kamer te verlaten. Het rijwiel wordt in de kamer op een onderstel vastgezet, maar zóó dat de raderen zich toch vrij bewegen kunnen. Door middel van een remtoestel wordt de weerstand der straat nagebootst. En aan de reminrichting is tevens een wijzerplaat verbonden, welker wijzers zich zoodanig bewegen dat elke omdraaiing overeenkomt met een kilometer afstand. De wielrijder kan aldus gemakkelijk aflezen hoeveel tijd hij bij voorbeeld voor het afleggen van duizend meter heeft noodig gehad.
| |
Een geinfluenzeerd parlement uit de vijftiende eeuw.
- Nu 492 jaren geleden was het heele Parijsche parlement ter prooi aan de schrikkelijke ziekte, die ons in de laatste maanden zoo ongenadig geteisterd heeft, de griep, ot wil men, de influenza. Wij vinden het bewijs daarvoor in een handschrift van de Bibliothèque Nationale te Parijs, gemerkt No. 8608 en van het zegel van het Parijsche parlement voorzien. Daarin leest men namelijk als volgt:
‘Den 24en Januari van het jaar 1400 waren bijna al de heeren van het parlement aangetast door verkoudheden en koortsen, ten gevolge eener pestilentie in de lucht, die er geheerscht heeft, en in de kamers van het parlement is er van alle kanten zulk een gehoest, dat de griffier, die om acht uur door dezelfde ziekte ia aangetast, nauwelijks behoorlijk kan registreeren. Godmoge door zijn genade hierin voorzien.’
| |
Van wanneer dagteekenen de huurrijtuigen?
- De eerste huurrijtuigen, te Parijs in omloop gebracht, dagteekenen van het jaar 1662. Sedert negentien jaren bestond te Londen reeds gelegenheid om rijtuigen voor een rit of per uur te huren, toen een ondernemend Parijzenaar op het denkbeeld kwam, zulks ook in de Fransche hoofdstad in te voeren. De eerste koetsier reed zijn koetshuis uit den 7en Februari 1662 en de politieverordening, welke hem daartoe verlof gaf, bepaalde den prijs per rit op 20 stuivers en dien per uur op 25 stuivers. De ondernemer heette Sauvages en woonde in de straat en het hotel Saint Fiacre, vanwaar de naam fiacres aan zijn voertuigen gegeven.
De fiacres kwamen den koetsen van 5 stuivers van Pascal, die met de tegenwoordige omnibussen overeenkwamen, concurrentie aandoen; op haar beurt zagen de fiacres weer nieuwe voertuigen haar de klandisie betwisten; zoo kwamen de vinaigrettes, een soort van sjees op twee wielen, waarvoor in plaats van een paard een man liep. Dergelijke voertuigen zijn in Tongking nog in gebruik en tijdens den tentoonstelling van '89 kon men ze te Parijs zien. Na de vinaigrettes zijn de cabriolets gekomen en later cabs, maar niets heeft toch de oude fiacre kunnen verdringen, die nagenoeg denzelfden vorm heeft als bij zijn ontstaan.
| |
Een electrische locomotief voor goederentreinen.
- De eerste electrische locomotief voor goederentreinen is vervaardigd in de Vereenigde Staten en wel in de werkplaatsen van de Thomson-Honoton electric Company te Lynn (Massachusetts). Deze machine is bestemd voor goederenvervoer over een afstand van 2400 meter, tusschen een fabriek en een nabijzijnd station.
| |
Financieele gevolgen der influenza. -
Een Engelsche levensverzekeringmaatschappij deelt mee, dat de influenza haar in de laatste twee jaar op 1,375,500 franks is te staan gekomen, of twee en een half maal meer dan de drie cholera-epidemieën, waardoor we in de laatste 43 jaar werden geteisterd.
|
|
Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd