Wetenswaardig Allerlei.
Curiosa uit de dagbladwereld. -
In een Amerikaansch blad moet volgende redactioneele beschouwing gestaan hebben:
‘Gaat hun uit den weg! Naar ons ter oore is gekoraen, heeft de circus van Welsh en Collier het voornemen, den 15 dezer te dezer stede een voorstelling te geven. Tot op dit oogenblik echter heeftnog geen vertegenwoordiger dier onderneming een bezoek bij ons blad afgelegd, om in onze drukkerij de benoodigde strooi- en aanplakbiljetten te bestellen en de gebruikelijke vrijbilje ten op de redactie achtertelaten. Ditschenkt ons de vaste overtuiging, dat wij hier met een oplichterij van de gevaarlijkste soort te doen hebben, waarvoor iedereen uit den weg moet gaan. Elke onderneming, die in onzen tijd stilzwijgend de pers zoekt voorbij te sluipen, voert ongetwijfeld iets tegen het publiek in haar schild en moet ook als zoodanig behandeld worden.
Wij raden derhalve alle fatsoenlijke burgers ten dringendste aan, zich niet zoover te vergeten, dat zij den oplichterscircus van Welsh en Collier gaan bezoeken!’
Tegenover deze waarschuwing kwam geheel op het einde van het blad onder het opschrift ‘Laatste Berichten’ een ander artikeltje voor, dat hetzelfde onderwerp behandelde, van den volgenden inhoud:
‘Opgelet! Zooeven een halve minuut vóór het sluiten der redactie, ontvingen wij een bezoek van den heer George de Val, die zich aan ons voorstelde als de vertegenwoordiger van den wereldberoemden circus van Welsh en Collier. De deftig gekleede, fijn beschaatde enachtenswaardige gentleman stelde ons 15 vrijbiljetten ter hand, bestelde en betaalde 300 regels advertentiën en bovendien nog 2000 strooibiljetten. Het verheugt ons, het publiek de verzekering tekunnen geven, dat deze circus de beste van 't land, misschien van de geheele wereld is, en wij hopen, dat niemand - man, vrouw of kind op twintig mijlen in 't rond - zal nalaten, de inderdaad alles overtreffende voorstelling te gaan bijwonen. (Daar de eerste pagina van ons blad met het opschrift ‘Gaat hun uit den weg!’ bij het bezoek van den weledelen heer de Val reeds onder de pers lag, laten wij met vette letters deze mededeeling volgen, waarin diegenen onzer lezers, welke hebben leeren denken, tegelijkertijd een bewijs van onzen rechtvaardigheidszin zullen vinden. De Red.)
***
In een ander te Reading verschijnend Amerikaansch blad plaatste de redacteur een advertentie, dat hij een goeden hond als betaling van een abonnement op zijn blad wilde aannemen. Den volgenden dag waren drie en veertig honden op zijn bureau bijeen. Den dag daarna verbreidde zich het gerucht van het aanbod door het heele graafschap en vierhonderd pachters zonden elk twee honden, bovendien nog acht boordevolle manden met jonge honden. Ondertusschen vond de advertentie haar weg in de omliggende staten en voordat de week ten einde was, waren 8000 honden in of omtrent het redactiebureau bijeen. Alle soorten van het hondenras, van bloedhonden tot poedels en smousjes, waren vertegenwoordigd. Een paar honderd dezer dieren rukten, ongeduldig geworden, het touw los, waaraan ze waren vastgebonden, sprongen de trap op, zwierven door de gangen, huilden en blaften voor het bureau van den ongelukkigen renacteur en snuffelden onder de deur, als hadden zij lust, den rampzaligen journalist te verscheuren. Deze vloog radeloos uit het venster, klauterde op de vorst van het dak - en weende. Zes dagen lang werd er geen blad uitgegeven en de vrienden van den redacteur hadden geen ander middel om hem in het leven te houden dan hem doormiddel van een ballon levensmiddelen op het dak te doen toekomen. Ten slotte kwam iemand op het denkbeeld, een vat rattenkruit en drie ton vleesch te koopen, om daarmee alle honden te vergeven. De redacteur klauterde ten laatste van zijn verheven standpunt naar beneden en vond tot zijn schrik op zijn lessenaar een rekening van den burgemeester der stad van 8000 dollar, het bedrag der plaatselijke hondenbelasting, gerekend tegen één dollar per hond.
De man heeft sinds nooit meer een blad uitgegeven. Se non è vero, è ben trovato!
***
Zooals men weet, zijn alle bladen in Rusland vóór zij uitkomen, aan een waakzame en strenge censuuronderworpen. Een blad uit Warschau nu ontving eenigen tijd geleden een bericht uit Rome, waarin de Paus de Stedehouder van Christus genoemd werd. Zooals men weet is in Polen sinds lang het stadhouderschap afgeschaft, waarom dan ook de censor de uitdrukking stedehouder doorhaalde en er ‘gouverneur-generaal’ voor in de plaats stelde. Bij de gratie van den Russischen censor werd aldus de H. Vader tot gouverneur-generaal van Christus gepromoveerd!