Wetenswaardig Allerlei.
Invloed der temperatuur op den levensduur. -
Men zegt gewoonlijk dat onze tijd snel van leven is en verwondert zich niet, dat er tegenwoordig gemiddeld meer menschen sterven dan voor twintig of dertig jaren. De oorzaken daarvan liggen echter dieper en berusten grootendeels op natuurlijke wetten. De grootste sterfte in de laatste jaren trof bejaarde en zwakke lieden, vooral dezulken wier ademhalingswerktuigen niet van de sterkste waren. Hals- en borstziekten waren aan de orde van den dag, en de sterfteverhouding voor de bedoelde personen en ziekten is reeds sinds jaren toegenomen. Ook de sedert weinige jaren opgetreden en als levensgevaarlijk erkende influenza behoort daartoe. De heele zaak zit eenvoudig in den rechtstreekschen invloed der temperatuur op den levensduur. Het is een wet, dat sterke temperatuurverwisseling weinig of geen invloed uitoefent beneden de dertig jaren; maar zoodra die leeftijd overschreden is, heeft een sterke daling der temperatuur een groote vermeerdering van sterfgevallen ten gevolge en dat wel in verhouding van den leeftijd der personen. Neemt men bij voorbeeld, met den leeftijd van dertig jaar te beginnen, afdeelingen telkens van negen jaren, dan verdubbelt bij iederen trap het aantal dooden; sterft er bij voorbeeld op dertigjarigen leeftijd één, dan zullen er onder de 39jarigen twee dooden zijn, op 48jarigen leeftijd vier, bij 57 jaren acht, bij 66 jaren zestien, bij 75 jaren twee en dertig dooden enz. De verhouding wordt nog verscherpt, als de lage temperatuur bijzonder lang aanhoudt, zooals dat bij voorbeeld in het loopende jaar tot in April het geval is geweest. Dan sterven de bejaarde menschen om zoo te zeggen als muizen.
Het verdientopmerking dat de gemiddeld ongunstige temperatuur voor oude lieden nu reeds sinds een reeks van jaren aanhoudt. De aarde bevindt zich namelijk in een koudeperiode, die nauwkeurig berekend en vastgesteld is. Gemiddeld is de temperatuur in de laatste vijf jaren (van 1885 tot 1890) afgenomen: in Marseille 0.85, te Arles 1.5, te Perpignan 1.5, te Brussel 0.95, te Greenwich 0.70, te Rome 0.30, te Madrid 0.80, te Turijn 0.75, te Napels 0.80, te Weenen 0.70, te Budapest 0.98, te Praag 0.50, te Munchen 1.4, te Berlijn 0.75, te Karlsruhe 1.75, te Hamburg 1.3 graad. Opmerkelijk genoeg, is in het hooge noorden de warmte in dezelfde mate toegenomen. Over het algemeen heeft dus de temperatuur der aarde een ongunstige wending genomen voor den mensch, inzonderheid voor oude en zwakke gestellen, en heerscht er gemiddeld een grootere sterfte dan vroeger. Hoe lang die toestand zal aanhouden weten de meteorologen voorloopig nog niet te zeggen