Wijsgeerige gedachten.
Stelen is de polsader der veelschrijverij. De geleerde republiek heeft, even als het publiek in Sparta, achting voor de talenten der dieven die hunne lange vingers onder eenen handschoen weten te verbergen. Sommige dieren hebben in hunne winterwoningen twee kamers, van welke de eene voor de verzamelde spijs, de andere voor hun uitwerpsel dient. In het studeervertrek van den veelschrijver bevinden zich ook twee appartementen, het eene voor uittreksels uit andere schrijvers en het andere voor eigene producten. Het verlangen dezer scheppende afschrijvers om ten beste der menschheid onder hunnen naam te laten drukken, hetgeen reeds, onder den naam van den auteur was gedrukt, moet op verschillende wijzen vervuld en verborgen worden. De een lijmt sommige verzen van andere met eigene rijmen te zamen. Een ander door eenen wreeden spiegel met zijne middelmatigheid bekend, snijdt ten hoogste een' vreemden Pegasus den staart af, steekt dien tusschen zijne kleine beenen, en rijdt daarmede op de onsterfelijkheid aan. Sommigen vermommen zich, gelijk de dieven in Engeland bij het stelen zulks doen: zij rooven vreemden honig, met een' bijenkap en handschoenen tegen het steken van deszelfs eigenaars beveiligd. Anderen ontstelen den schrijver niets dan het boek, hetwelk zij daarvoor met eene eigene voorrede en ook een eigen register uitrusten, dat is, met eenen beteren kop en beteren staart voorzien. Ja, dikwijls besteelt de scholier zijnen meester en bedriegt de wereld met zijne bekwaamheden, tot de ware zon opgaat; of hij bewaart soms den buit tot den dood des eigenaars, om dien door eigene toevoegsels onkenbaar te maken. Daarom is dikwijls de maker slechter dan zijn boek, en het kind den vader zoo ongelijk.